Ziekenhuizen ervaren veel obstakels bij het introduceren van digitale zorg op afstand, zo blijkt uit onderzoek van IG&H onder 20 zorgaanbieders. Vooral de financiering is een probleem. Toch zijn ziekenhuizen ambitieus om door te gaan met het uitbouwen van hun digitale zorgportfolio. Digitale zorg op afstand is voor hen hét middel om de groeiende zorgvraag op te vangen met meer zelfmanagement. De zorgverzekeraars zijn belangrijke partners om deze ambitie waar te maken.
De zorg loopt vast. Te veel patiënten, te weinig personeel en de kosten stijgen. Dit vraagt om een andere, meer digitale manier van zorgverlening. Technologie als de ruggengraat van het toekomstige ziekenhuis. Digitale zorg op afstand is al lang geen keuze meer. Er zijn steeds meer goede toepassingen beschikbaar en bij veel zorgverleners en patiënten is digitale zorg uitgegroeid tot het nieuwe normaal.
De eerste coronagolf was de grote stimulans voor digitale zorg. Het beeldbellen tussen collega’s en met patiënten steeg met 74 procent en ook platforms voor informatie-uitwisseling (zoals patiëntportalen) werden veel vaker gebruikt. Digitale zorg is in een stroomversnelling geraakt als aanvulling op de zorg. Het is dan ook beter om te spreken over ‘zorg die digitaal ondersteund wordt’ dan over digitale zorg. We digitaliseren de zorg om de gezondheidswinst voor de patiënt te verbeteren, het werkgeluk van de zorgverlener te verhogen en waar mogelijk ook de arbeidsproductiviteit te laten toenemen. Maar het digitaliseren is geen doel op zich, het gaat om het effect.
Veelbelovend
Ondanks de recente opleving is de bijdrage van digitale zorg aan de betaalbaarheid en arbeidsproductiviteit nog vooral een belofte. De introductie van digitale zorg verloopt allesbehalve soepel. Het gebruik van digitale zorg lijkt na de Covid-opleving zelfs weer wat af te nemen.
En in vergelijking met andere landen doet Nederland het wat betreft de invoering van digitale zorg minder goed dan landen als Spanje, Portugal, Engeland en Zweden. Op de Digital Health Index staat Nederland op de achtste plaats. Er zijn schattingen dat tot wel 40 procent procent van de zorg buiten de muren van het ziekenhuis kan plaatsvinden, maar dit is vooral nog theorie en niet de praktijk.
Dit ligt niet aan gebrekkige ambitie. Digitale zorg staat bovenaan de prioriteitenlijst van zorgaanbieders én zorgverzekeraars. De ambitie van veel ziekenhuizen is om minimaal 10-25 procent van de zorg buiten de muren van het ziekenhuis digitaal aan te bieden. Ook zorgverleners en patiënten zijn welwillend. Uit eerder onderzoek blijkt dat ongeveer 70 procent van de specialisten én ook zo’n 70 procent van de patiënten enthousiast zijn over de digitale zorg. Dit betreft vooral chronische zorg.
De overheid heeft al vele miljoenen uitgegeven aan het stimuleren van digitale zorg. Zo stond in de zorgbegroting die tijdens Prinsjesdag werd gepresenteerd dat er weer 14 miljoen euro bijkomt voor de ‘stimuleringsregeling eHealth thuis (SET).’ En toch is deze ambitie voor slechts een klein deel ook echt waargemaakt.
Digitale transformatie veeleisend
In recent onderzoek hebben we het gebruik, de drijfveren, barrières en de ondersteuning van zorgverzekeraars bij digitale zorg op afstand in kaart gebracht. Hiervoor hebben we zorgverkopers en innovatiemanagers van zo’n 20 verschillende ziekenhuizen geïnterviewd.
Uit het onderzoek blijkt dat de belangrijkste drijfveer voor ziekenhuizen het opvangen van de groeiende zorgvraag is door een efficiëntere inzet van zorgverleners. Daarnaast telt bijna even zwaar dat met digitale zorg het zelfmanagement en de toegankelijkheid van zorg voor de patiënt wordt vergroot.
Er zijn grote verschillen tussen ziekenhuizen in hoe ver zij zijn met digitale zorg op afstand. Ziekenhuizen maken al wel vaak gebruik van communicatietoepassingen (84 procent), maar minder van monitoring (55 procent) en nog weer minder van toepassingen voor behandeling (14 procent). In het onderzoek geven de ziekenhuizen aan de komende jaren nog tussen de twee en vijf nieuwe toepassingen te willen implementeren. Het aanbod gaat dus nog hard doorgroeien.
Niet eenvoudig
Het op grote schaal inzetten van digitale zorg is niet gemakkelijk. Voor de helft van de ziekenhuizen is de financiering het grootste obstakel. De financiering is moeilijk rond te krijgen en de productie valt weg, maar kosten blijven. Het goed kunnen declareren van digitale zorg heeft lang op zich laten wachten. Het gevolg is dat zorgprofessionals niet altijd enthousiast zijn en het ziekenhuis andere prioriteiten stelt, waardoor digitale zorg op de achtergrond verdwijnt.
Digitale zorg op afstand valt of staat volgens de ziekenhuizen met enthousiasme en goede ondersteuning. Bijna twee derde van de zorgaanbieders geeft aan dat dit de belangrijkste succesfactor is. Voor de ontwikkeling is volgens de ziekenhuizen verder goede technische en projectmatige ondersteuning (ook samen 60 procent) belangrijk.
Ziekenhuizen hoeven dit niet alleen te doen. Zij kunnen leunen op de expertise en middelen van zorgverzekeraars. Volgens ruim 80 procent bieden zorgverzekeraars goede inhoudelijke en financiële ondersteuning. Van alle zorgverzekeraars pakt Zilveren Kruis deze rol het beste op, aldus 40 procent van de ziekenhuizen. De zorgverzekeraars zijn onmisbaar voor digitale zorg, dat als onderwerp ook niet mag ontbreken in de meerjarenafspraken.
Digitaal eerst, digitaal laatst
Wat we leren van dit onderzoek is dat voor veel ziekenhuizen digitale zorg nog vooral een verzameling pilots is. De ambities zijn groot, maar er zijn weinig ziekenhuizen die in hun strategie echt fundamenteel kiezen voor digitale transformatie. Er zijn nog minder ziekenhuizen die echt substantieel durven te investeren in technologieontwikkeling. Om hier verandering in te brengen, geven we vijf adviezen.
1. Contactstrategie
Het punt is bereikt om na te denken over een samenhangende contactstrategie voor patiënten en zorgverleners. Steeds vaker zijn zorgverleners en patiënten constant aan het wisselen tussen allerlei omgevingen, dossiers en berichtenboxen. Dit gebeurt boven op de al bestaande fysieke en telefonische contacten. De contactstrategie ontstijgt het ziekenhuis en is ook nodig voor de huisartsen, wijkverpleegkundigen en mantelzorgers. Dit vereist een regionale benadering samen met andere zorgaanbieders en de zorgverzekeraar. Met als gezamenlijk doel een soepel contact, ongeacht het tijdstip, de plaats of het type zorg.
2. Digitale gastvrijheid
Het gebruik van digitale zorg valt of staat bij het gebruiksgemak. Een gebruikersgerichte aanpak heeft dit als vertrekpunt. Bedenk wat de grootste pijn- en winstpunten van patiënten en zorgverleners in de patiëntenzorg zijn en ontwikkel daaromheen de toepassing. Zorg vervolgens voor een optimale gebruikerservaring door samen met hen de zorgpaden digitaal in te richten. Vergeet daarbij niet dat ruim 20 procent van de Nederlanders tussen de 16 en 65 jaar niet de motorische vaardigheden hebben om een muis te bedienen of door laaggeletterdheid de informatie niet tot zich kunnen nemen. Daarom moeten we toepassingen dus zo eenvoudig en toegankelijk mogelijk maken door het toepassen van visualisaties en spraaktechniek. We noemen dit digitale inclusiviteit.
3. Value case
Veel toepassingen zijn onrendabel. Ze ontstaan vanuit enthousiasme op de werkvloer zonder al te veel aandacht voor het financiële effect. Maar wat zou er gebeuren als we de business case als uitgangspunt nemen? Een start van zo’n benadering is dat ziekenhuizen inventariseren welke bewezen toepassingen er zijn en deze afzetten tegen welke zorgpaden zich goed lenen voor een digitale zorg toepassing. Wat zijn de grootste zorgactiviteiten die net zo goed (of beter) buiten het ziekenhuis geboden kunnen worden? Wat zijn de grootste volumes zorg die onrendabel zijn? Wat zijn de zorgactiviteiten met de meeste reisbewegingen?
4. Slimme samenwerking
Ziekenhuizen staan er niet alleen voor. Zorgverzekeraars staan voor exact dezelfde opgave en hebben de zorgplicht om verzekerden binnen een redelijke tijd en reisafstand toegang te bieden tot zorg. Het zijn partners in de digitale transformatie. Leer daarom van elkaars ervaringen en trek zo veel mogelijk samen op in de eigen regio. Zodat competenties worden gebundeld, investeringen worden gedeeld en een samenhangend (digitaal) zorgaanbod ontstaat. Vergeet daarbij ook de regionale zorgaanbieders, wetenschappelijke verenigingen en kennisinstituten als het NeLL niet. En laat de alliantie voor je werken.
5. Datawaardering
Alle toepassingen zorgen voor enorme hoeveelheden data met in potentie een enorme waarde. Het combineren van databronnen geeft zo veel nieuwe inzichten om de zorg beter in te richten. Niet alle zorgaanbieders hebben echter de tijd en middelen voor een ‘data science’ team. Het begint met het stellen van scherpe vragen, zoals waar lopen de wachtlijsten op ten koste van de zorguitkomsten? Om dit te beantwoorden is een competent data science team, een IT-infrastructuur en een organisatie nodig die dit omarmt en ondersteunt.