‘De gezondheidszorg staat aan de vooravond van een enorme en noodzakelijke transformatie’, zegt Stefan Scheepers, Business Director Digital Health Europe bij Mobiquity. ‘Het moet anders, efficiënter en beter betaalbaar volgens alle betrokkenen. Maar wat is ‘de’ weg? Het kon, dachten wij, geen kwaad om eens wat uitgelezen specialisten op dit gebied samen te brengen en over een en ander stevig te brainstormen. Dan ontstaat er ongetwijfeld wat vuur.’
Het resultaat was een verzameling van bestuurders van ziekenhuizen en zorgorganisaties, wetenschappers, farmaceuten, artsen en in zorginnovatie gespecialiseerde IT’ers. De opening van de bijeenkomst was van Philip J. Idenburg, die met zijn consultancy bedrijf onder meer innovatieprocessen in de zorg faciliteert. Dat er ‘uitdagingen’ liggen in de Nederlandse zorg kan ook hij onderschrijven. Maar op basis van zijn ervaring met innovatieprocessen blijkt hij wel wat kanttekeningen te hebben als het gaat om al te glorieuze korte-termijnresultaten. Een zienswijze, door hem samengevat met de opening, ‘E-health bestaat niet.’
Regie
“Nieuwe technologie in oude systemen levert dure oude systemen op”, legt Idenburg uit. “Een van de grote valkuilen is dat ‘het systeem’ leidend blijft en niet de voorkeuren, de behoeften van de patiënt. We roepen allemaal, al jaren, dat de patiënt de regie moet hebben. Maar je moet als patiënt anno 2019 in een ziekenhuis eens proberen je eigen agenda in te delen. De locaties waar, de mensen bij wie, en de dagen en uren waarop je dient te verschijnen: offers you can’t refuse. En dan kun je prima techniek ontwikkelen die ziekenhuisbezoek minder noodzakelijk maakt en kostenbesparend kan zijn, maar dat is vaak niet voldoende. Je zult, en dat blijkt keer op keer, ook de protocollen, de procedures, de ingesleten systemen moeten herzien. Het gaat niet alleen om innovatie, het gaat – veel grondiger - om volkomen transformatie. Het grote probleem, niet alleen in Nederland, maar in het hele Westen, is dat je alle mensen mee moet krijgen. Technische innovatie alleen slaat dood.”
Eerste ‘digitale’ medicijn
Dit thema ligt Paul Piebinga, Head of Mobiquity Europe, na aan het hart ligt. Het credo van de onderneming luidt ook: ‘There is too much tech’. Piebinga trapt af met, ‘De iPhone 13, heeft iemand daar nou echt om gevraagd?’ – hetgeen beschaafd applaus en als ‘hear hear’ te omschrijven rumoer oplevert. Hij vervolgt: “Aanhakend op het betoog van Philip Idenburg, techniek ontwikkelen, alleen omdat er nieuwe mogelijkheden zijn, dat doen wij dus niet. ‘Tech’ is niet de uitdaging, het nuttig toepassen ervan wel.”
Piebinga draagt enkele voorbeelden aan van hoe het wel moet, waaronder het Abilify MyCite System, het mede door Mobiquity ontwikkelde digitale medicijn dat door de U.S. Food & Drug Administration (FDA) is goedgekeurd. Een digitale innovatie die maakt dat de smartphone van de mantelzorger ‘herkent’ of de pil daadwerkelijk is ingenomen. En dat is van belang omdat minder 50 procent van alle patiënten zijn medicatie volgens voorschrift inneemt. Dat is niet ontwikkeld omdat het kan, knap is, of nieuw, aldus Piebinga. “Het is er en het werkt omdat het het kernprobleem voor de gebruiker wegneemt, namelijk de zorg of hij of zij de medicijnen wel goed inneemt.”
Technologische innovatie in de zorg, is de weg voorwaarts, aldus Piebinga, maar het vraagt, hoe complex ook, wel om de eenduidige, ‘human centered’ functionaliteit van bijvoorbeeld een doodgewone bril. “Niet grappig bedoeld, ‘maar dat is nou – letterlijk – een glasheldere, voor de gebruiker alle frictie wegnemende oplossing. Nul toeters en bellen, puur gedacht vanuit de mens en waar de mens behoefte aan heeft, en in die zin, wat mij betreft, een ijkpunt voor alle digitale innovatie.”
Datatrein
Na het plenaire gedeelte wordt breed gedragen belang van ‘menselijkheid’ in de zo massale zorg, in enkele workshops vanuit verschillende hoeken belicht. Zo behandelt Wouter Franke van het Zorginstituut het onderwerp FAIR Data en de dezer dagen spraakmakende Personal Health Train. “FAIR data is een klip en klaar gegeven”, aldus Franke. “Netjes en volgens de juiste regels omgaan met data, daar zijn we allemaal voor. Maar de Personal Health Train roept daarbij nieuwe vragen op.”
Franke geeft het voorbeeld van een patiënt met een herseninfarct. De patiënt wordt opgehaald door een ambulance, naar de eerste hulp gebracht en vandaar met een ambulance naar een ander ziekenhuis. Daar wordt hij door verschillende specialisten onderzocht en behandeld en in de navolgende maanden wordt hij gemonitord door onder meer de huisarts. “We hebben het over een veelheid aan locaties waar data over de patiënt zijn opgeslagen. Hoe fijn, ja belangrijk is het dan voor artsen, voor onderzoekers, voor beleidsmaker en natuurlijk in het bijzonder voor de patiënt zelf, als al die data onder handbereik zijn. En daar komt de ‘trein’ bij kijken, die als het ware terug kan rijden langs alle ‘stations’ om data te verzamelen. Breng de analyse naar de data in plaats van andersom, daar gaat het in essentie om.”
Maar – en daar zit een grote actuele uitdaging – wie mag bij welke data, en welke data scherm je, hoe, voor wie af? Een uitdaging die, zo zegt Franke, de glorieuze toekomst van het concept zeker niet in de weg zal staan. “Maar er zal nog wel wat tijd overheen gaan, voordat dat allemaal naadloos werkt.” Waarbij vanuit het publiek nog wordt aangetekend dat in de praktijk zelfs ‘the good old fax’ ook nog op het toneel staat.
Human Centered
Kortom, faciliteer een optimale behandeling met behulp van data, maar bescherm de privacy van de patiënt. De menselijke factor centraal stellen dus. Dat wordt ook bij de workshop Design Thinking over het voetlicht gebracht met behulp van de fictieve patiënt Piet, die chronische pijn heeft. Vraag aan het publiek: met welke digitale functionaliteiten zou Piet nu echt geholpen zijn? Teun Schutte, Managing Consultant Healthcare bij Mobiquity, vat de prioriteiten samen: “Wat wij hebben gevonden, is dat Piet helemaal niet met zijn pijn bezig wil zijn, of, wanneer hij medicijn moet nemen en hoe laat hij bij de dokter moet zijn. Dat is allemaal prima in digitale oplossingen te verwerken. Maar wat hem écht dagelijks bezighoudt is of hij een leuke opa kan blijven voor de kleinkinderen die elke dinsdag komen. Dat persoonlijke niveau, dat – hoe functioneer ik zo normaal mogelijk als het ertoe doet, wat kan ik, en wanneer? – daar gaat het voor hem om. En een nieuwe app? Te veel gedoe. Als het via Whatsapp binnenkomt, dat toch al onderdeel van zijn leven is, dan ja, dan kan het wat worden.”
Een niet onrealistisch beeld wordt geschetst van langdurige processen, oneindige vergaderingen en gigantische investeringen die tot marginaal resultaat zullen leiden als je bij de zorg voor Piet, zou uitgaan van bijvoorbeeld tech-bedrijven, of behandelaars. De conclusie ook volgens Teun: “Is het niet Human Centered dan is het niets.”
Vliegtuig bouwen tijdens vliegen
Waarmee we bij de slotsom komen, uitgewerkt in de workshop Innovation as a service. Want de brug tussen de innovatie als idee en voor de mens werkelijk bevredigende oplossingen kan, zo zegt Mobiquity’s Delivery Director, Mervyn van Dam, ‘niet grondig en stevig genoeg worden gebouwd’.
“Als al die informatie er dan is – en we hebben de eindgebruiker en alle andere stakeholders tot in detail gesproken, en nog eens gesproken – dan moet je aan de slag. En dan nog… dan nog werk je in enigszins in het ongewisse, want wat je gaat iets maken dat er nog niet is. Dit vak is een vliegtuig bouwen terwijl je vliegt.”
Daar komt het Minimal Viable Product om de hoek kijken. In een sprint van acht weken wordt een zogeheten MVP gemaakt, dat bij lange na niet volledig is, maar alle functionaliteiten heeft om door de eindgebruikers getest te worden. Van Dam: “We hebben een IBAN- checker gemaakt voor de Rabobank, waarmee je foute overboekingen voorkomt. Die bleek in het testproces ook een fenomenale fraudebestrijder, want nepfacturen met nepnamen worden ook onderschept. We hebben daarnaast een app gemaakt die de kuddes van boeren kan lokaliseren. Het bleek voor Australische boeren ook nog eens de manier om de beschikbaarheid van voedsel, de gezondheid en de vruchtbaarheid van de dieren te monitoren.”
En in de zorg waar de menselijke factor een nog grotere rol speelt, is het uitvinden van alle variabelen die de betrokkenen ter tafel kunnen brengen een voorwaarde voor optimale kwaliteit. Van Dam: “We staan tot onze oren in de digitale techniek, maar met een MVP vinden we pas echt wat die techniek voor de mens betekent, wanneer de mens het gebruikt.”