In het UMC Utrecht worden twee klinische studies uitgevoerd waarbij vrijwel uitbehandelde patiënten met leverkanker worden behandeld met een zogeheten hybride C-boog. Deze uitvinding van het UMC Utrecht versnelt en versoepelt de behandeling aanzienlijk. De patiënten hoeven nu maar één keer naar het ziekenhuis te komen en er wordt een kleine incisie gemaakt. De behandeling met radio-embolisatie is een vorm van inwendige bestraling om patiënten met leverkanker of uitzaaiingen in de lever te behandelen.
Mensen met leverkanker die vaak niet meer kunnen worden geopereerd of slecht reageren op chemotherapie, komen in aanmerking voor de nieuwe behandeling. Bij deze behandeling met de vernieuwde hybride C-boog injecteert de radioloog onder plaatselijke verdoving via de lies of de pols radioactieve bolletjes in de leverslagader. De radioloog kan continu bijsturen en kan zien of slangetjes wellicht anders moeten worden gelegd of dat er meer bolletjes moeten worden toegediend.
Preventief
Kanker in een lever die al ziek is, is lastig te behandelen. Als een tumor nog heel klein is wordt nog geprobeerd om de tumor weg te branden of te emboliseren. Het Erasmus MC in Rotterdam was als eerst ziekenhuis ter wereld al gestart met een nieuwe diagnostische score om vroege signalen van leverkanker op te sporen. Met behulp van een algoritme worden mensen met een verhoogde kans op leverkanker opgespoord.
Hybride C-boog geeft goed beeld
Met de vernieuwde, hybride C-boog is de patiënt al in één sessie van ongeveer twee uur klaar met de behandeling. De C-boog werkt met röntgen. Het apparaat helpt de radioloog tijdens radio-embolisatie om de bloedvaten en het weefsel rondom de leverslagader goed in beeld te brengen. Voorheen nam de behandeling met de ‘traditionele’ C-boog een tot twee weken in beslag. De patiënt komt in dat geval twee keer naar het ziekenhuis; eerst voor een proefbehandeling en twee weken later de daadwerkelijke behandeling.
Minder opereren door hybride C-boog
Hugo de Jong (hoogleraar Klinische Fysica Radiologie en Nucleaire Geneeskunde) van UMC Utrecht is de bedenker van de vernieuwde, hybride C-boog. Goede apparatuur om naar binnen te kunnen kijken en om de ingreep te kunnen volgen is noodzakelijk.
Hugo de Jong legt uit: “We ontwikkelen en onderzoeken dergelijke apparaten hier al jarenlang, bijvoorbeeld op het gebied van MRI, CT, röntgen en echo ofwel ultrageluid.”
Door de hybride C-boog wordt dit hele behandelingstraject dus aanzienlijk verkort. Er hoeft maar een keer een incisie te worden gemaakt en de patiënt kan tijdens de ingreep op één plek blijven liggen. “Ook vermijden we het risico dat de tumor in twee weken tijd is veranderd. De kanker kan zich namelijk snel ontwikkelen omdat de patiënten al zo ziek zijn”, voegt Hugo de Jong daaraan toe. In de toekomst gaat de TU Delft helpen om het apparaat compacter te maken, zodat het makkelijker kan worden verplaatst en/of worden geïntegreerd in bestaande machines.
Meer toepassingen
“Het hele project duurt vier jaar, we hopen over een jaar daadwerkelijk te gaan behandelen, in het meest gunstige geval. Het voorbereiden van de klinische trials is een zorgvuldig en uitvoerig proces, waar we nog druk mee bezig zijn. Voor deze studie moeten we goed kijken welke patiënten het beste in aanmerking komen voor de trials”, vertelt Hugo de Jong.
Ondertussen biedt de hybride C-boog mogelijk ook al perspectief voor andere aandoeningen. Hugo: “Het apparaat zou ook hartkatheterisatie kunnen verbeteren. We hebben kortgeleden een andere beurs ontvangen om dat idee voorzichtig uit te gaan werken.” Dit project maakt deel uit van het IMAGIO-consortium, dat nu een IHI-subsidie van maar liefst 24 miljoen euro heeft ontvangen van de Europese Unie en haar partners.