De retail kan een belangrijke functie vervullen in het aanbieden van eerstelijns gezondheidszorg. En de overbelaste zorg kan dit aanbod heel goed gebruiken. Grootschalig onderzoek van Deloitte maakt duidelijk dat consumenten hier welwillend tegenover staan. We gaan hier verder op in met zorgstrateeg Lucien Engelen, Maastricht UMC+ bestuursvoorzitter Helen Mertens en Deloitte sector leader gezondheidszorg Maurice Fransen.
In Nederland zijn we nog niet gewend een zorgvoorzieningen in de retail. Maar in de Verenigde Staten en Engeland is het al heel normaal om even de apotheek of drogist binnen te lopen voor uiteenlopende vormen van kleine medische dienstverlening, zoals een BMI-meting, een bloeddrukbepaling, een cholesterolcheck of een saturatiemeting.
Retail-pilot voor de zorg
“In Nederland zijn we er goed in de zorg steeds een klein beetje sneller, beter of goedkoper te maken”, zegt zorginnovator en -strateeg Lucien Engelen (Deloitte center for the Edge fellow en global strategist digital health). “Maar daar gaan we het niet mee redden, gezien de grote problemen waarin de zorg nu verkeert. In Roermond hebben we het daar met veel betrokken partijen over gehad, en zijn we tot de conclusie gekomen dat het goed is om te onderzoeken of we de aanpak die in die twee landen al lang gemeengoed is ook in Nederland in praktijk kunnen brengen.”
Dit leidde tot een pilot gedurende een half jaar waarin dit idee van de one-stop shop voor medische diensten in een winkel in het Roermondse winkelhart is uitgeprobeerd. “De eerste vervolgstap is om naar de focuswijken van Roermond te gaan”, vertelt Engelen verder, “een andere populatie dus. En vervolgens naar een outletcentrum waar ook veel bezoekers uit België en Duitsland komen. Dan hebben we een waardevolle dwarsdoorsnede van de mensen voor wie deze aanpak interessant kan zijn.”
Instroom verminderen
Helen Mertens, bestuursvoorzitter van het Maastricht UMC+, was direct gecharmeerd van het idee. “Ik vond het – met het oog op alle uitdagingen in de zorg – meteen heel inspirerend”, vertelt ze. “Het brengt veel meer regie naar de burgers. Die komen in het winkelcentrum en ze zijn benieuwd naar hun gezondheidsdata. Kijk maar naar de hoeveelheid mensen die wearables dragen, zoals een smartwatch.”
Daar komt volgens Mertens nog bij dat de zorg overloopt omdat veel vragen die in de zorg worden gesteld, feitelijk andersoortige hulpvragen zijn. “Iedereen loopt naar de huisarts. Als in de one-stop shop duidelijk wordt dat de uitslagen goed zijn, kan dat bijdragen aan verminderde instroom in de zorg. Daarnaast kan het mensen motiveren om bijvoorbeeld gezonder te eten, of meer te bewegen als ze aan de uitslagen zien dat daar aanleiding voor is.”
Verplaatsen van zorginterventies
Ook Deloitte deelt deze visie, en heeft er daarom ook een grootschalig onderzoek naar laten uitvoeren. De resultaten daarvan werden eerder dit jaar naar buiten gebracht. Uit het onderzoek blijkt dat het gedeeltelijk verplaatsen van zorginterventies naar onder meer het retaildomein, een mogelijke uitkomst biedt voor het verlichten van de druk op ons zorgstelsel.
“Zorg-in-de-retail zou wel eens een belangrijk deel van het antwoord kunnen zijn op het probleem om de druk in de gezondheidszorg te verlagen”, meent Maurice Fransen, partner en sector leader gezondheidszorg bij Deloitte. “Omdat de consumentenbereidheid om gebruik te maken van zo’n one-stop shop een belangrijke bepalende factor is voor het mogelijke succes ervan, besloten we dit via consumentenonderzoek in kaart te brengen.”
Lees het volledige achtengrondartikel in ICT&health 5, die op 26 oktober verschijnt. Het onderzoek van Deloitte ‘One-stop shop: Where healthcare meets retail’ kun je hier vinden. En op 20 november kun je over dit onderwerp een webinar volgen via deze link.