De digitalisering krijgt in Nederland de laatste jaren een impuls. Neem bijvoorbeeld in de gezondheidszorg. Om het personeelstekort op te vangen worden steeds vaker digitale tools ingezet. Dat vraagt ook om aanpassing van de patiënt. “Te vaak wordt ervan uitgegaan dat iedereen wel begrijpt hoe je iets moet opzoeken op internet of je je aanmeldt op een online portaal van een ziekenhuis. Maar met digitalisering is het niet ‘one size fits all’. Nog altijd beschikt 17 procent van de Nederlandse bevolking niet over een tablet of een laptop”, vertellen Marinka Fintelman en Pascale Ooms tijdens hun subsessie op de ICT&health World Conference van 14 mei tot en met 16 mei in Maastricht.
Fintelman werkt als Projectleider Digitale Inclusie in de Zorg bij Alliantie Digitaal Samenleven. Ooms werkt als adviseur digitale zorg bij Zorgverzekeraars Nederland. In haar portefeuille zit juist ook de sociale kant van digitale zorg. Hoe digivaardig is men in Nederland? Kunnen alle bevolkingsgroepen in Nederland goed meekomen in het digitale tijdperk? “Het antwoord op die laatste vraag luidt ‘nee’. Maar al te vaak worden aannames gedaan door de ontwikkelaars van digitale middelen. Daardoor sluit je bij voorbaat al groepen mensen uit die niet mee kunnen doen met deze nieuwe manier van digitale zorgverlening. Je krijgt een tweedeling en creëert voor sommige mensen onbedoeld een grotere afstand tot de gezondheidszorg”, vertelt Ooms.
Feiten achter de cijfers
Digitalisering en gezondheidsverschillen, iets waar we volgens de twee sprekers niet omheen kunnen. De aanwezigen in de zaal werden erop attent gemaakt dat de problematiek die hiermee gepaard gaat niet altijd in een oogopslag duidelijk zijn.
Zo wist Fintelman te vertellen dat twee derde van de jongeren geen zorgtoeslag weet aan te vragen en dat vijf procent van de jongeren ouder dan 12 jaar nooit internet gebruikt. “In Nederland zijn er zelfs vier miljoen mensen niet digitaal vaardig genoeg om zelfstandig zaken te doen met de overheid. Grote vraag is natuurlijk welke problematiek er achter deze percentages verborgen ligt. Een van die oorzaken is laaggeletterdheid. In Nederland zijn 2,1 miljoen mensen van 16 jaar en ouder laaggeletterd. Maar ook websites zijn niet altijd duidelijk voor iedereen. Er is een hoog percentage websites die niet voldoen aan de norm voor toegankelijkheid. Uit onderzoek blijkt dat slecht drie procent van de overheidswebsites voldoen aan de criteria van de toegankelijkheid van websites.
Meer dan een taalbarrière
Om hun pleidooi kracht bij te zetten, hadden ze ervaringsdeskundige Angelina uitgenodigd. Zij vertelde aan de aanwezigen wat het voor haar betekent om laaggeletterd te zijn en welke problemen dit met zich meebrengt. Inmiddels heeft ze de stap gezet om weer naar school te gaan en is ze geslaagd voor haar examen Nederlands.
“Daarvoor had ik gelukkig hulp van mijn tante, buren en zelfs van mijn zoontje. Maar ook was ik heel bedreven geworden in het verbergen van mijn taalprobleem. Laat staan dat ik digitaal mijn weg kon vinden in de maatschappij. Het is goed dat mensen maar in het bijzonder ook hulp- en zorgverleners oog hebben voor deze problematiek en weten hoe zij deze groep mensen herkennen en kunnen doorverwijzen”, vertelt de taalambassadeur Angelina.