21 procent van de Nederlandse zorgorganisaties zou het (verder) digitaliseren van bepaalde processen uitstellen vanwege de coronacrisis. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van software-aanbieder Klippa. De zorgsector zou boven het gemiddelde van de onderzochte sectoren scoren. De afgelopen maanden kwam vooral in het nieuws dat de zorgsector juist versnelt digitaliseert als gevolg van de coronacrisis.
De cijfers komen uit een onderzoek onder 1228 Nederlanders van 18 jaar en ouder, werkend in loondienst bij een bedrijf met honderd medewerkers of meer. Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoeksbureau Panelwizard. Ook in door de cronacrisis zwaar getroffen sectoren zoals de cultuur, sport en recreatiesector, wordt digitalisering op pauze gezet. Het hoogst scoort de adviessector (31%).
Minder investering in digitalisering
48 procent van de respondenten zegt dat de zorginstelling waar zij werkzaam zijn door de coronacrisis wordt gedwongen om efficiënter te werken. Dit wordt echter juist gehinderd wanneer de digitalisering van werkprocessen vertraagd wordt door minder investeringen in digitalisering.
“De zorg heeft het zwaar te verduren gehad de afgelopen maanden, dus het is niet gek dat er op de noodrem wordt getrapt”, stelt Yeelen Knegtering, CEO van Klippa. “Maar juist als organisaties worden gedwongen om efficiënter te werken, is het belangrijk om investeringen niet terug te schroeven. Hoe zorg je anders voor een efficiëntere werkwijze?” Bij het minder investeringen in de gehele organisatie scoort de zorgsector overigens net iets benedengemiddeld.
Eén op de veertien zorgprofessionals geeft ook aan dat het door de crisis langer duurt voordat declaraties worden terugbetaald. Digitalisering zou dit probleem voor een groot deel kunnen oplossen, omdat een digitaal en geautomatiseerd declaratieproces tot snellere verwerking leidt. 78 procent van de zorgprofessionals gelooft dan ook dat digitaal werken (nog meer dan eerder eerst) onderdeel zal zijn van de ‘nieuwe manier van werken’ na de coronacrisis.
Versnelling digitalisering
Op het gebied van digitalisering om fysieke zorg te ontvangen, is er sinds maart een duidelijke versnelling te zien van investeringen, zowel door zorgaanbieders zelf als vanuit financierende partijen als verzekeraars. Op financieel gebied zijn er de afgelopen tijd daarnaast diverse maatregelen genomen en afspraken gemaakt om zorgaanbieders ook in de nabije toekomst te ontlasten voor meerkosten gemaakt tijdens de coronacrisis en minder inkomsten door weggevallen zorg.
Zorgverzekeraars Nederland (ZN) maakte einde vorige week bekend met de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) en de NVZ overeenstemming bereikt te hebben over een passende vergoeding voor gederfde inkomsten en extra kosten in coronajaar 2020. Het compensatiebedrag kan oplopen tot enkele miljarden euro’s. Doel van de steunmaatregelen van de zorgverzekeraars is het neutraliseren van de financiële impact van corona op ziekenhuizen, om zo bij te dragen aan de continuïteit van de Nederlandse ziekenhuiszorg.
Langer compensatie
Verder heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) op verzoek van het ministerie van VWS begin juli de termijn verlengd voor de mogelijkheid tot compensatie voor zorgaanbieders in de langdurige zorg. In het geval van meerkosten en minder omzet als gevolg van de coronacrisis en lockdownmaatregelen kunnen zorgaanbieders met het zorgkantoor een compensatie afspreken. Zorgaanbieders kunnen zo volgens de NZa hun energie richten op het leveren van zorg, zonder zich zorgen te hoeven maken over hun financiële situatie.
De verlenging van de steunmaatregelen verschilt in opdracht van het ministerie per sector. In de vernieuwde beleidsregel 'BR/REG 20158a SARS-CoV-2 virus' staat beschreven in welke situaties zorgaanbieders compensatie kunnen krijgen en hoe de hoogte van de compensatie moet worden berekend.
Ook na de periode van generieke omzetderving kunnen zorgaanbieders worden geconfronteerd met de gevolgen van een uitbraak. Voor deze uitzonderlijke situaties zal een regeling worden vormgegeven waarmee zorgkantoren de mogelijkheid krijgen om tot 1 januari 2021 maatwerkafspraken te maken. De mogelijkheid van een vergoeding voor de extra kosten blijft daarnaast ook van kracht tot 1 januari 2021.