Alexander de Jong (31) heeft als onderwerp thuismonitoring gekozen voor zijn masterscriptie. Hierin komen duidelijk de voordelen van thuismonitoring naar voren, zoals tijdbesparing, efficiëntere processen en meer plezier in het werk. De grootste uitdaging blijkt na onderzoek niet de kracht van thuismonitoring of het ontbreken van technologie, maar het creëren van draagvlak in álle lagen van een zorgorganisatie.
Alexander de Jong deed 6,5 jaar geleden zijn bachelor of business administration aan Hogeschool Tio in Amsterdam. Na een werkzame periode besloot hij alsnog zijn master te halen, terwijl hij parttime bleef werken als communicatieadviseur bij ChipSoft. Donderdag 25 augustus 2022 zal hij zijn eindscriptie over thuismonitoring verdedigen en gaat een grote wens in vervulling.
Data-analyse
Voor zijn masterscriptie deed Alexander de Jong uitgebreid kwalitatief onderzoek. Hij bestudeerde literatuur, maar ging zelf ook op onderzoek uit bij verschillende zorginstellingen waaronder Isala, LUMC en CWZ en sprak met leveranciers van digitale zorg Curavista en Luscii. Tevens deed hij interviews met experts, professionals en patiënten. De Jong: “Uiteindelijk heb ik een data-analyse gedaan door patronen uit de gespreksverslagen te vergelijken op verschillen en overeenkomsten.”
Versnippering van initiatieven
Die gedegen aanpak leidde tot een uitgebreide analyse én aanbevelingen. Allereerst viel het Alexander op dat er heel veel initiatieven en pilots over het hele land plaatsvinden. “Helaas gebeurt dat versnipperd over het land. Maar er zijn eigenlijk genoeg voorbeelden van thuismonitoring met een zekere schaalgrootte. Je hoeft als zorgorganisatie dus eigenlijk niet het wiel opnieuw uit te vinden. Door samen te werken met koplopers kun je als organisatie de pilotfase overslaan, waardoor een hoge penetratiegraad sneller dichtbij komt.”
Thuismonitoring is noodzaak
In de praktijk blijkt thuismonitoring, mits goed ingezet, in ieder geval uitstekend te werken. In de managementsamenvatting van de scriptie lezen we: ‘Thuismonitoring leidt tot een efficiënter werkproces, aantoonbare tijdsbesparing bij zorgprofessionals en patiënten. Het werkplezier van zorgprofessionals neemt toe, het werkt prettiger, kost minder moeite en geld, levert betere resultaten op én maakt de zorg toegankelijker. En dan is het aspect van duurzaamheid nog buiten beschouwing gelaten.’
Gevoel van urgentie ontbreekt
Afgezien van al die voordelen is intensieve inzet van thuismonitoring, gezien de tekorten op de arbeidsmarkt en de voortschrijdende vergrijzing, volgens Alexander de Jong óók gewoon pure noodzaak. “Wanneer we zorg in de toekomst duurzaam willen houden, is digitalisering op grote schaal onontkoombaar. Hoewel er hard aan de weg wordt getimmerd, groeit thuismonitoring echter niet snel genoeg. Dat komt onder meer omdat gevoel van urgentie bij organisaties ontbreekt. In de bestuurskamer is men vaak bijvoorbeeld enthousiast, maar op de werkvloer is men regelmatig niet of nauwelijks op de hoogte van bestaande, succesvolle initiatieven.”
Ambassadeurs voor thuismonitoring inzetten
De technologie is er dus en voldoende best practices zijn er óók. Toch moet er volgens Alexander de Jong nog heel wat water naar de zee vloeien voordat voldoende schaalgrootte en penetratiegraad wordt bereikt. “Ik heb in mijn scriptie een aantal concrete verbetervoorstellen gedaan, onder meer om het gevoel van urgentie omtrent thuismonitoring te verhogen.
Allereerst is er een duidelijke boodschap nodig die aangeeft welke kant het precies op gaat. Tevens is het interessant om best practices te gebruiken die passen bij jouw organisatie. Het is mogelijk om de ‘veranderdruk’ in de organisatie te verhogen door ambassadeurs - zowel intern als extern - aan te stellen. Het gaat om innovatieversnellers, bij voorkeur specialisten, verpleegkundigen of andere zorgprofessionals die hun inzichten omtrent thuismonitoring graag in organisaties delen. In de praktijk blijkt namelijk dat medisch professionals met name ontvankelijk zijn voor de meningen van mensen uit de eigen beroepsgroep.”