Innovatieve behandelingen zoals immunotherapie of doelgerichte therapie slaan volgens het IKNL goed aan bij subgroepen binnen de patiëntengroep met gevorderde niet-kleincellige longkanker. Zo is de 1-jaars overleving gestegen van 25 procent in 2016 naar 37 procent in 2022. Er lopen verschillende onderzoeken naar de juiste dosering om een optimale balans te vinden tussen effectiviteit en kwaliteit van leven. Ook wordt onderzocht hoe kan worden vastgesteld bij welke patiënten de middelen effectief zijn.
In 2016 was 25 procent van de patiënten met uitgezaaide niet-kleincellige longkanker een jaar na diagnose nog in leven. Dit percentage steeg naar 37% in 2022. Deze toename is opmerkelijk omdat niet alle patiënten een tumorgerichte behandeling ondergaan. Sommige patiënten kiezen ervoor om geen behandeling te ondergaan, zijn te ziek, of overlijden snel na de diagnose. Het is aannemelijk dat de overleving onder patiënten die wel tumorgerichte behandelingen hebben gekregen, zoals immunotherapie of doelgerichte therapie, nog meer is toegenomen.
Immunotherapie
Immunotherapie is beschikbaar sinds 2015 als tweedelijnsbehandeling en sinds 2017 als eerstelijnsbehandeling. Tussen 2020 en 2022 ontving ongeveer de helft van de patiënten met stadium IV niet-kleincellige longkanker en ongeveer 40 procent van de patiënten met stadium III een eerstelijnsbehandeling met immunotherapie of doelgerichte therapie, waarvan 86 procent immunotherapie kreeg.
Met name jongere patiënten starten de behandeling van met immunotherapie. In de periode 2020-2022 ontving 52 procent van de 18-64-jarigen met stadium IV een dergelijke therapie, vergeleken met 27 procent van de 75-plussers. Immunotherapie wordt vaak gecombineerd met chemotherapie wat aanzienlijke bijwerkingen kan veroorzaken. Daar zijn de patiënten die deze behandeling ondergaan over het algemeen relatief fit. Maar het aantal minder fitte patiënten dat immunotherapie krijgt, neemt langzaam toe. Wat betreft doelgerichte therapie zijn er weinig verschillen te zien tussen de leeftijdsgroepen.
Extra module longkankerrichtlijnen
Momenteel wordt een module toegevoegd aan de longkankerrichtlijnen om zorgverleners te ondersteunen bij het zorgvuldig beoordelen of een oudere patiënt in aanmerking komt voor behandeling. Het kan voorkomen dat een oudere patiënt, ondanks de leeftijd, toch fit genoeg is voor behandeling, terwijl hij of zij eerder op basis van leeftijd mogelijk werd uitgesloten.
Er lopen meerdere studies naar de dosering van immunotherapie en doelgerichte therapie. Zo wordt met de Dedication 1-studie onderzocht of het middel pembrolizumab in een lagere dosering kan worden gegeven. Ook worden er nieuwe testen ontwikkeld om te voorspellen of immunotherapie bij een patiënt effectief gaat zijn en wat dan de optimale dosering is. Daarnaast richten de aankomende DIDaC-studie en de ADAPT ALEC-studie (alectinib) zich op het verbeteren van toediening en dosering. Patiëntenvereniging Longkanker Nederland is betrokken bij deze studies, onder meer om patiënten te helpen een weloverwogen keuze te maken voor deelname aan dergelijke studies.
App
Naast klinische onderzoeken die kijken naar de balans tussen de effectiviteit en de kwaliteit van leven (met als bijkomend voordeel lagere kosten), is er ook de BijKanker-app beschikbaar voor longkankerpatiënten. In deze app kunnen patiënten hun bijwerkingen zelf monitoren en wordt de behandelend zorgverlener gewaarschuwd als de bijwerkingen een bepaalde drempel overschrijden.
Zo kunnen patiënt en zorgverlener samen tijdig ingrijpen, wat een positief effect heeft op de kwaliteit van leven van de patiënt. Dit blijkt uit een eerste studie naar het gebruik van de BijKanker-app onder longkankerpatiënten. Dit hulpmiddel is bedoeld voor alle patiënten die worden behandeld voor kanker, maar is ook relevant voor patiënten die immunotherapie of doelgerichte therapie krijgen.