Het is belangrijk dat zorgverleners en patiënten kunnen vertrouwen op juiste zorginformatie. Dat betekent informatie eenduidig registreren: zo is er minder kans op misverstanden en hoeft overtypen van gegevens niet meer. Om dit te realiseren, kiest het ministerie van VWS voor de internationale klinische standaard SNOMED CT. “Eenheid van taal in de zorg bereik je als iedereen zijn eigen woorden kan gebruiken, maar we van elkaar weten wat we ermee bedoelen”, vertelt VWS-beleidsmedewerker Eenheid van Taal & Standaardisatie Sylvia van Laar in de special ‘Beleid & praktijk’ in ICT&health 6.
Om efficiënte en veilige zorg te kunnen verlenen, is het van belang dat gezondheidsinformatie voor alle betrokken zorgverleners dezelfde betekenis of bedoeling heeft, maar ook door computers kan worden gelezen en vertaald. Dit verlaagt de administratieve lasten. “Een gemeenschappelijk woordenboek dat de klinische termen aan elkaar koppelt voor mens en computer is daarbij een uitkomst”, stelt Van Laar.
De beslissing omtrent SNOMED CT werd afgelopen september met een Kamerbrief en een Nictiz-implementatieadvies bestendigd. Van Laar ziet de Kamerbrief als een mijlpaal voor de zorg: “Het is erkenning dat er echt iets moet gebeuren aan het eenduidig vastleggen van gegevens en dat de systematiek daarvoor binnen handbereik is. Het bevestigt de urgentie die ook in het Integraal Zorgakkoord (IZA) wordt bekrachtigd.”
Zorgveld aan zet
De hamvraag is nu op welke manier SNOMED CT kan worden geïmplementeerd. Daarbij is volgens Van Laar een grote rol weggelegd voor het zorgveld zelf. De sectoren die inmiddels zijn aangesloten in een veldteam om hieraan mee te werken zijn: de geestelijke gezondheidszorg, huisartsenzorg, jeugdgezondheidszorg, medisch specialistische zorg, paramedische zorg zoals fysiotherapie, verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg.
Van Laar licht toe: “De zes sectoren uit het veldteam gaan bepalen welke SNOMED CT-codes uit het woordenboek nodig zijn om zowel binnen als tussen de sectoren diagnoses en behandelingen uit te wisselen, zodat ze later eenduidig kan worden gebruikt. Dat klinkt in eerste instantie heel eenvoudig, maar dat is het zeer zeker niet.”
Uit gesprekken met veldpartijen blijkt namelijk hoe iedereen een eigen manier van registeren heeft. Individueel worden ook nog regelmatig de vrije tekstvelden gebruikt om gegevens te noteren, aldus Van Laar. "Dan kun je wel bedenken hoe divers de informatie per zorgsector is. Daar moet een passende vorm van SNOMED CT-gebruik op worden gevonden. Je kunt dus niet zomaar tegen het zorgveld zeggen ‘Ga maar SNOMED CT gebruiken voor het registreren’. Dat is te kort door de bocht.”
Lees het artikel over SNOMED CT in ICT&health 6, die rond 13 december verschijnt.