Uniforme afspraken voor interoperabiliteit, meer regie op open standaardisatie, een gelijk speelveld, zeggenschap van zorgverleners over zorgdata en aanpak van zwakke schakels in de infrastructuur. Zo wil minister Tamara van Ark (Medische Zorg & Sport) een goed werkend informatiestelsel realiseren. Dit moet leiden tot juiste zorginformatie op de juiste plek op het juiste moment: een belangrijke voorwaarde voor goede zorg, schrijft de bewindsvrouw in een Kamerbrief.
Voldoende openheid in het zorg ICT-stelsel moet zorgverleners in staat stellen om gemakkelijk de juiste gegevens met elkaar en met de patiënt te delen. Zij moeten zo regie kunnen nemen op hun zorg en zorginformatie. Een stelsel met een open, decentrale inrichting en een ICT-markt met een gelijk speelveld voor ICT-leveranciers, draagt hieraan volgens de minister bij.
Momenteel leidt gebrekkig gebruik van open standaarden tot een ongelijk speelveld voor ICT-leveranciers. Voor het gebruik van gesloten standaarden moeten zij (vaak dure) licenties betalen. Dit zet een rem op de interoperabiliteit en innovatie en resulteert in hoge kosten en onvoldoende keuzevrijheid.
Gebrek aan openheid
Gebrek aan openheid is er ook bij adres- en capaciteitsgegevens in infrastructuren. Deze gegevens zijn nodig om bijvoorbeeld verwijzingen bij de juiste zorgverlener af te leveren. Concurrerende leveranciers krijgen in de praktijk geen toegang tot deze adressen en kunnen er geen berichten afleveren. Zo worden deze leveranciers afgeschermd en wordt de interoperabiliteit gehinderd.
Onder regie van VWS (lees hiervoor ook deze Kamerbrief) wordt nu gewerkt aan zorgbrede afspraken over standaardisatie van de zorginformatievoorziening. Voor diverse aspecten van het informatiestelsel wordt gekozen uit relevante standaarden, om de interoperabiliteit van ICT-systemen en gegevensuitwisseling te verbeteren en te versnellen. Deze standaardisatie-afspraken moeten gebaseerd worden op (internationale) open standaarden en niet op bedrijfs-eigen of gesloten standaarden.
Vijf uitgangspunten
De gewenste openheid rust op vijf uitgangspunten:
Interoperabiliteit:
Open standaarden zijn een belangrijke voorwaarde voor interoperabiliteit en versnelling van gegevensuitwisseling. Dit zorgt voor eenduidige koppeling tussen ICT-systemen, die de ICT-markt en innovatie stimuleert. Het geeft bestaande en nieuwe ICT-leveranciers helderheid over de toegankelijkheidseisen. Zij kunnen hun producten hierop (door)ontwikkelen en beter toegang krijgen tot de zorg ICT-markt; toetredingsbarrières nemen zo af. Dominante marktposities en monopolisering, vaak een hindernis voor interoperabiliteit, worden tegengegaan.
Zeggenschap en herbruikbaarheid data
Zorgverleners moeten zeggenschap hebben over toegang tot zorggegevens, voor hergebruik in ICT-systemen naar hun keuze. Door dit hergebruik kan de kwaliteit van zorg verbeteren en kunnen administratieve lasten dalen. Denk aan hergebruik voor het overdragen en verwijzen van cliënten, netwerkzorg, beslissingsondersteuning en gepersonaliseerde zorg. Uiteraard met inachtneming van privacy en het beroepsgeheim.
Keuzevrijheid en betaalbaarheid
Open standaarden dragen bij aan keuzevrijheid in de selectie van verschillende leveranciers en systemen en dus lagere kosten voor zorgaanbieders. Zij moeten hun verantwoordelijkheid voor een goede ICT-ondersteuning kunnen invullen en daartoe kunnen kiezen uit oplossingen, in de zekerheid dat de diverse functionaliteiten of systemen op elkaar aansluiten.
Transparante werking van systemen
Open standaarden bevorderen transparantie over de werking van het informatiestelsel; cliënten en zorgverleners kunnen vertrouwen op het stelsel omdat de werking ervan helder is. Zorgverleners kunnen zo de doorontwikkeling van technische oplossingen beter sturen, wat de kwaliteit ervan ten goede moet komen.
Decentraal, tenzij
Het centrale motto in bovengenoemd zorgstelsel. Van Ark streeft naar een divers aanbod van decentrale (commerciële) technische oplossingen. Zo ontstaat keuzevrijheid en worden zwakke schakels in het informatiestelsel en in de infrastructuur (zoals één landelijke opslag van data) vermeden. Soms kan een centrale voorziening echter een betere oplossing zijn. De komende periode verkent Van Ark met het zorgveld en experts welke voorzieningen dit kunnen zijn en welke afwegingen zij daarbij kan maken.
Redenen voor gebrekkige openheid
Er zijn diverse redenen voor de gebrekkige openheid van het zorg ICT-stelsel, zoals onvoldoende regie op standaardisatie (te veel maatwerk, afwijken van open standaarden voor de Nederlandse zorgmarkt) en onvoldoende transparantie in de markt (geen onafhankelijke kosten- en prestatievergelijkingen van ICT-systemen).
Toezichthouder ACM zal in 2021 een sectoronderzoek afronden naar informatiesystemen en gegevensuitwisseling in de ziekenhuiszorg en de technische en commerciële strategieën die marktpartijen hanteren. Eind 2020 wordt een eerste marktverkenning afgerond. Op basis van de studie kan Van Ark bezien of er vanuit het perspectief van gegevensuitwisseling aanleiding is voor (verdere) interventie in de zorg ICT-markt.
Het ontbreekt ook aan (effectieve) afspraken tussen zorgaanbieders en ICT-leveranciers rondom de zeggenschap van zorgaanbieders over zorggegevens. Door gebrekkig gebruik van open standaarden is data vaak niet-gestandaardiseerd in dossiersystemen opgeslagen. ICT-leveranciers hebben onvoldoende prikkels om de toegang tot zorggegevens te specificeren en aan andere leveranciers te verschaffen. Hierdoor kunnen zorggegevens binnen de wettelijke randvoorwaarden niet worden uitgewisseld met andere zorgaanbieders.
Vijf thema's voor aanpak
De minister verdeelt haar aanpak onder in vijf thema's (lees voor meer details dit artikel op ICT&health):
- Uniforme afspraken voor interoperabiliteit;
- Regie op open standaardisatie;
- Bevorderen van gelijk speelveld, innovatie en vraaggerichtheid;
- Zeggenschap en deblokkeren zorggegevens;
- Mitigeren van zwakke schakels in de infrastructuur.