Ken je dat? Dat je dingen voor waar aanneemt en op basis van die aannames dan doorgaat met elkaar? Check je zelf nog wel genoeg of het ook klopt wat je leest en hoort? Vaak klopt het ook gewoon, maar zit er misschien wel meer achter dan je leest. Zo besteden we met elkaar erg veel geld aan zorg in onze laatste levensfase. Waarom? Omdat we steeds ouder worden en zieker worden, zeggen we dan.
Na een bijzonder boeiend gesprek dat ik recent had over de grenzen van ons zorgsysteem (en daarmee ook gezondheidsinformatiestelsel...), kreeg ik een lezenswaardig artikel1 toegestuurd over de hoge kosten van deze laatste levensfase. De enorme hoeveelheid zorg die nodig is en waar een flink prijskaartje aan hangt: daardoor zijn die laatste jaren relatief zo prijzig.
De gezondheid in die laatste fase wordt ingewikkelder, maar ook het systeem dat voor onze zorg moet zorgen in die fase. De vergelijking wordt gemaakt met de hoeveelheid delen van het lichaam die door ziekte worden getroffen en de hoeveelheid delen van het zorgsysteem waar je gelijktijdig mee te maken krijgt in die fase. Waar zit nu een effectieve besparing?
De hamvraag die dat oplevert, is natuurlijk of de hoge kosten in die laatste levensfase nu echt komen van biologische of gezondheidscomplexiteit, of complexiteit van ons zorgstelsel. Wil je echt tot lagere kosten komen, dan moeten we kijken naar hoe we waarde geven aan die laatste fase (soms gewoon niets doen) en ons vooral richten op de coördinatie van de zorg (en reductie van de levering ervan) om echt kosten te besparen.
Parallellen
Waarom schrijf ik dat nu allemaal? Omdat ik hier veel parallellen zie in hoe we met elkaar werken aan betere informatievoorziening voor goede zorg. Om weer tot het besef te komen dat we nog steeds af en toe echt onvoldoende stilstaan wat nu echt de waarde is van alle kosten en moeite om een gestructureerd veld te versturen bij een overdracht. Welke waarde levert dat voor het ondersteunen van een individuele levenskeuze nu op?
Maar ook schrijf ik dit omdat de hoge kosten die we maken om tot goede databeschikbaarheid te komen (en kosten die we maken omdat we het niet op orde hebben!) voor een belangrijk deel ook echt gereduceerd kunnen worden door te kijken naar samenhang en coördinatie tussen initiatieven.
En dat hoeft geen innovatie te reduceren, dit is een innovatie! Zodat we niet oeverloos informatie vanuit onze lappendeken los aan een patiënt aan het aanbieden zijn, waarna we weer kosten moeten maken om het weer bij elkaar te brengen.
Waarde vraagt dus coördinatie. En het vraagt het besef dat - net als bij de kerngedachte van positieve gezondheid2 of reable Nederland3 – de waarde van databeschikbaarheid afhangt van de context van zorg. Meer zorg leidt niet zonder meer tot betere gezondheid, zo weten we al langer. Zou dat dan niet ook voor de beschikbaarheid van gestructureerde data opgaan? Niet blind de focus op databeschikbaarheid, maar liever positieve databeschikbaarheid, rekening houdend met al die factoren die de waarde bepalen, dat zou mooi zijn.