De Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) is bekend als beheerder van afsprakenstelsel AORTA en het LSP (Landelijk Schakelpunt, voor de veilige uitwisseling van medische gegevens). Maar VZVZ houdt zich op meer gebieden bezig met gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid. Denk aan de mede-ontwikkeling en het mede-beheer van afsprakenstelsels als Twiin, of gemeenschappelijke voorzieningen als het Zorgadresboek en Mitz - dat invulling geeft aan de generieke functie toestemming. Koos Veefkind heeft er vier maanden op zitten als voorzitter RvB van VZVZ en spreekt met ICT&health over de complexe wereld van standaarden en afspraken om naar eenvoudige, standaard databeschikbaarheid te komen.
Koos Veefkind (59) heeft een lange carrière in IT-functies achter de rug, waaronder als Algemeen Directeur Informatievoorziening van de Belastingdienst. Hij maakte als toezichthouder van een topklinisch ziekenhuis voor het eerst kennis met de gefragmenteerde en complexe wereld van gegevensuitwisseling in de sector.
“Ik was een tijd lang verantwoordelijk voor het tactisch beraad eHerkenning, een stelsel met vergelijkbare vraagstukken en problematiek als waar VZVZ nu mee te maken heeft”, vertelt Veefkind over de beweegredenen voor zijn overstap. "Gegevensuitwisseling is cruciaal en vaak complex, dat maakt het tot een interessant onderwerp. Wat mij in deze functie verder aantrekt, is het complexe speelveld. Het gefragmenteerde zorgveld maakt gegevensuitwisseling tot een complex geheel. Het houdt me bezig hoe we dat kunnen verbeteren.”
Ongrijpbaarheid
Veefkind merkt dat voor buitenstaanders af en toe de functie van VZVZ (zie ook kader rechts) ongrijpbaar is. De belangrijkste rol, schetst Veefkind, is ervoor te zorgen dat gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid – ofwel interoperabiliteit in de zorg – maximaal wordt gefaciliteerd. Dat gebeurt via een aantal wegen, waarvan de bekendste het beschikbaar stellen van het LSP als voorziening voor gegevensuitwisseling is.
“Natuurlijk moeten zorgaanbieders zo’n platform ook gebruiken”, stelt Veefkind. “Daar maken we denk ik echt het verschil. Al onze leden, al onze koepels en hun achterban, kunnen optimaal voorzieningen zoals het LSP gebruiken. Wij helpen hen daar op alle mogelijke manieren mee. We stimuleren het gebruik, houden de technische voorzieningen up to date, monitoren de beschikbaarheid en zorgen voor nieuwe voorzieningen zoals het Zorgadresboek - zorg-AB - en toestemmingsvoorziening Mitz.”
VZVZ is zich ervan bewust dat de wereld groter is dan het LSP. Daarom zorgt VZVZ ervoor dat er middels koppelvlakken aangesloten wordt op andere afsprakenstelsels (zoals MedMij) en andere voorzieningen – bijvoorbeeld Nuts. Maar ook op termijn – zo is de wens in de Nationale Visie en strategie op het gezondheidsinformatiestelsel - om met het sociale domein standaard en veilig te kunnen uitwisselen.
Organisch gegroeid
Deze spin-in-het-web-rol is de afgelopen jaren organisch gegroeid, stelt Veefkind. “Wij zijn in de loop der jaren voor allerlei zaken gevraagd om in te springen, vaak op plekken waar de markt niet of onvoldoende zijn werk deed. Dan heb je een soort semipublieke partij, zoals VZVZ nodig die een voorziening realiseert en beheert.”
Het risico is dat je profiel zo verwatert, vindt Veefkind. “Dat is een van de zaken waar ik me nu mee bezig houd: waar zijn we nu van, wat is de kern van onze taak? Past alles dat we doen nog bij dit profiel, bij je missie en doel als organisatie. Anders ben je een Zwitsers zakmes: je kunt er heel veel mee, maar niks echt goed. Ik wil graag de focus terugbrengen, een duidelijk profiel voor VZVZ.”
Wapenfeiten
Een belangrijk onderdeel van dat profiel, waar Veefkind trots op is, is de (mede-) ontwikkeling en het mede-beheer van het Twiin Afsprakenstelsel, dat databeschikbaarheid op het gebied van bijvoorbeeld standaarden en juridische elementen moet onderbouwen. Twiin is door VWS aangewezen als dé centrale plek voor vastleggen van geharmoniseerde en gestandaardiseerde vertrouwensafspraken in de zorg1. Het besluit is volgens VWS een belangrijke stap richting een Landelijk Vertrouwensstelsel: een kader voor alle technische, organisatorische en juridische afspraken die nodig zijn voor veilige en betrouwbare gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid in de zorg.
Een ander wapenfeit van VZVZ is Mitz, de gemeenschappelijke voorziening die het vastleggen van toestemmingen door burgers sterk moet vereenvoudigen. In de wet is het opt-in principe verankerd. Elke burger moet voor elk soort gegevensuitwisseling toestemming geven. In het LSP was hier al een voorziening voor getroffen, die nu de basis vormt voor een gemeenschappelijke voorziening om eenmalig toestemming voor elk soort gegevensuitwisseling te regelen.
Veefkind: “Het is niet meer uit te leggen dat mensen voor alles apart toestemming moeten geven. Dus hebben we een voorziening uit het LSP gelicht om er een landelijke gemeenschappelijke voorziening van te maken. Eenmalige toestemming – die altijd nog aan te passen is – is voor zowel burgers als zorgprofessionals veel makkelijker. Elke toepassing – EPD, ECD, HIS, AIS - moet nu aangepast worden om met Mitz te kunnen werken. Ook dat coördineert VZVZ. Dit soort zaken maakt ons werk concreet.”
Suboptimaal oplossen
Natuurlijk zou het veel makkelijker zijn als gegevensuitwisseling niet zo gefragmenteerd was, stelt Veefkind, met vaak niet interoperabele systemen, afspraken en standaarden die ontwikkeld zijn sinds het plan voor een landelijk EPD in 2011 sneuvelde in de Eerste Kamer. “Kijk, als je alles opnieuw mocht ontwerpen, zouden we nu veel meer uitgaan van gemeenschappelijk afspraken. Dat gaat niet gebeuren, dus moeten we de fragmentatie zo goed mogelijk oplossen.”
Na 2011 ontstonden diverse initiatieven om voor dit gefragmenteerde uitwissellandschap meer eenduidigheid te regelen, waaronder het Informatieberaad Zorg. En met het aannemen van de Wegiz in 2023 werd eenduidige digitale gegevensuitwisseling verplicht, terwijl ook de Nationale Visie en Strategie van VWS op dit punt richting geeft als het gaat om zaken zoals: eenheid van taal, criteria als veiligheid, privacy, juridische onderbouwing.
“Het is ook mooi dat de overheid er recent voor koos om Twiin tot het afsprakenstelsel te maken dat aan bovenkant moet samenknopen wat aan de onderkant versnipperd is”, stelt Veefkind. “Zo heb je een centraal uitgangspunt waar alle onderliggende stelsels aan moeten voldoen om in staat te zijn gegevens tussen die stelsels uit te wisselen. Hiervoor moeten er gevalideerde Twiin Knooppunten (GtK’s) komen, zodat alle afsprakenstelsels met elkaar kunnen uitwisselen. Twiin met MedMij, MedMij met Koppeltaal, Nuts met Twiin etcetera.”
Nog niet genoeg
Wetten als Wegiz en akkoorden zoals IZA helpen hierbij, net als de Europese EHDS (zoals met een opt-out systeem voor toestemming in plaats van opt-in). Maar het is nog niet genoeg, vindt Veefkind. Zo pleit hij voor meer dwingende afspraken, omdat er nog te veel vrijblijvendheid is. Nu zie je partijen vaak wel dezelfde uitgangspunten aanhangen als het gaat om gegevensuitwisseling, maar bij de invulling is er teveel ruimte voor eigen interpretatie.
“Als ik kijk naar mijn periode bij de Belastingdienst: op nieuwe belastingtaken, bijvoorbeeld de belasting op vermogen, volgden dwingende afspraken met banken en verzekeraars. Het is wettelijk verplicht de afgesproken informatie in een afgesproken format aan te leveren. In de zorg is de Wegiz daar een goed voorbeeld van. We zouden baat hebben bij meer voorbeelden, zoals het voldoen aan een basisset vereisten om opgenomen te worden in het gezondheidsinformatiestelsel. Of als straks de EHDS een digitale zorgautoriteit vereist die toeziet op naleving van wettelijke verplichtingen. Anders blijven we aan de onderkant divergeren waar we aan de bovenkant proberen samen te binden.”
Veefkind is blij met de Visie op het gezondheidsinformatiestelsel en dat VWS steeds meer regie neemt op de realisatie hiervan. Er wordt onder meer gewerkt aan een nationale architectuur. Maar daarmee is veilige eenduidige gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid nog niet geregeld.
“Ik loop al een aantal jaar in de IT rond, en de complexiteit zit in de implementatie. Je kantelt de bestaande situatie niet zomaar. We hebben mooie vergezichten, maar moeten ook kijken naar hoe we daar komen. Het is mooi als er over vijf jaar een landelijke infrastructuur is met Cumuluz en Twiin de standaard is op afsprakengebied. Maar in de tussentijd moeten we bezig zijn met wat er nu mogelijk en nodig is. Rijkswaterstaat gaat ook geen snelweg drie jaar afsluiten om dan alles te vernieuwen, maar maakt eerst een bypass, zodat het verkeer via een omleiding kan blijven doorstromen. Als het nieuwe weggedeelte gereed is kan het verkeer weer over het reguliere traject en kan de bypass buiten gebruik worden gesteld. Op die manier moeten we toewerken naar databeschikbaarheid."
Over VZVZ
De Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ) is een vereniging van koepelorganisaties in de Nederlandse gezondheidszorg en van hun patiënten. VZVZ is opgericht door de koepels van huisartsen (LHV), huisartsenposten (InEen), apotheken (KNMP) en ziekenhuizen (NVZ) en vervult drie kernfuncties:
- Kennis- en expertisecentrum voor interoperabiliteit.
- Beheer van ontwikkeling en uitvoering van afsprakenstelsels en gemeenschappelijke voorzieningen voor haar opdrachtgevers.
- Coördinatie van netwerken van uitwisselingen zoals het LSP. Sinds 1 januari 2012 is VZVZ verantwoordelijk voor de elektronische uitwisseling van medische data via het LSP.
De Stichting VZVZ Servicecentrum voert namens de vereniging VZVZ de werkzaamheden uit die haar zijn toevertrouwd. Verzekeraars, koepelorganisaties en VZVZ hebben afspraken gemaakt over de financiering van de diensten en verrichtingen van VZVZ.
CV
Koos Veefkind is sinds juli 2024 voorzitter van de raad van bestuur van VZVZ. Hij heeft eerder (IT-)functies vervuld bij het CBS, DNB, De Nationale Politie en de Belastingdienst.
Referenties
1. Link