Bij de technologisering en digitalisering die plaatsvindt in de zorg en steeds meer impact heeft op de sector, zullen professionals - bij voorkeur uit de zorg zelf - een steeds grotere rol moeten gaan spelen. Ze zullen hiervoor zelfs de taal van de ICT-er moeten leren spreken. Dit is nodig om hun zeggenschap op dit gebied te vergroten1.
De zorgverlening staat al onder druk en komt de komende jaren nog voor veel meer uitdagingen te staan. Het zijn de bekende zaken. Zo stijgt de vraag naar zorg door de toename van het aantal ouderen met vaak complexere zorgvragen (denk aan co-morbiditeit). Daarnaast komen er steeds betere behandelingen, waardoor mensen meer leren leven met ziektes waar ze voorheen aan overleden. En dit terwijl het tekort aan professionals en mantelzorgers alleen maar groter wordt.
De overheid voorziet een grote rol voor technologie in het genoemde spanningsveld. Innovatieve methoden waaronder de inzet van medische technologie en digitale toepassingen zoals e-health lijken de toenemende druk op de zorg te kunnen verlichten. Zo stelde minister Agema van VWS zelfs dat ‘AI het probleem van schaarste aan personele bezetting de zorg gaat oplossen’ doordat het de administratietijd van de professional wellicht kan halveren (de Volkskrant, 21 oktober 2024).2
Nieuwe expertise nodig
Agema schetst volgens kenners uit het zorgveld een te optimistisch beeld van de opbrengsten van AI-inzet. Om de zorg toegankelijk, betaalbaar en van goede kwaliteit te houden is de noodzaak tot het ‘anders zorgen’ echter wel een breed gedragen inzicht. Nieuwe expertise is hiervoor nodig, stelt het RIVM, bij mantelzorgers en professionals (RIVM, 2024).3 Deze laatste groep zal steeds meer betrokken moeten worden bij de inpassing van digitale systemen in de zorgverlening: om (bij) te sturen en richting te geven en zo tot een gunstig effect te komen. Oftewel, de zorgprofessional moet meer invloed kunnen uitoefenen op de digitalisering die in zijn of haar organisatie plaatsvindt.
Voor meer grip op digitalisering is allereerst kennis over en begrip van technologie en ICT nodig.4 Niet als ICT’er of als techneut, maar als digitaal vaardige zorgprofessional. Zonder ontwikkeling en stimulering van deze nieuwe expertise gaat het fout. Dan sluiten systemen niet aan op de behoefte, blijft er tekst worden overgetypt, ontstaan er hiaten, blijven systemen onvoldoende benut of belanden in de ‘koelkast’. De digitale ongelijkheid groeit dan en in het ergste geval worden er onherstelbare of onopgemerkte fouten gemaakt met allerlei negatieve gevolgen.
Andere betrokkenheid
Alle huidige technologische en/of digitaliseringsontwikkelingen in de zorg- dat zijn er veel en met steeds vaker grote invloed op de zorgverlening - vragen om een sterkere en andere betrokkenheid van die professionals die hier het meeste mee te maken hebben - de domeinexperts.
Wij schreven hierover in 2024: ‘Deze expert kent het werk en de processen die in deze context spelen door en door. Ze hebben inzicht in de werkwijzen en wat het beste past of wat juist níet past, hoe medewerkers mee te krijgen en wat juist hierin níet te doen. Het betrekken van domeinexperts (denk in het kader van de zorg aan verpleegkundigen, verzorgenden, fysiotherapeuten, andere paramedici) is essentieel om het ontwerpen en implementeren van systemen, veranderingen of vernieuwingen, tot een succes te maken. In de toenemende digitalisering neemt de domeinexpert de leiding in het vertalen van de praktijk van de werkvloer naar benodigde technische ondersteuning en digitale oplossingen. In hun rol dichten zij de kloof tussen de wereld van de techniek en behoeften op de werkvloer. Traditioneel worden domeinexperts ingezet in een eindgebruikersrol. Deze rol moet actiever worden en de domeinexpert moet direct in gesprek met de IT-professional over de functionele eisen die aan het systeem worden gesteld vanuit de praktijk. Ze zullen op gelijkwaardig niveau met elkaar in gesprek moeten gaan.’5
De zorgprofessional die binnen het primaire proces dicht op de patiënt of client staat, onderdeel is van het proces, daarbinnen regelmatig ondervindt dat het efficiënter kan, makkelijker zou moeten: deze professional weet waar de problemen zitten en vaak ook wat zou helpen: systemen aanpassen, vereenvoudigen en beter laten aansluiten op de werkprocessen. Ze willen zeggenschap over die processen waar ze last van hebben.
Alleen: dat voelt vreemd.6 Ze ervaren ICT als een andere wereld waar een andere taal gesproken wordt die je niet kent. ICT is moeilijk en ingewikkeld, denken ze. Dat maakt dat ze zich niet bekwaam voelen mee te denken. Ze bedenken omwegen om met het systeem te werken en zoeken geitenpaadjes. Dat is niet de meest wenselijke insteek. Het overbruggen van de ervaren afstand door de taal te leren spreken, is een van de opties die wel werkt.
Grip en zeggenschap
In een zorglandschap waarin enorm veel te doen is over digitalisering, e-health, technologische vernieuwing en gebruik van AI in de zorg, is bitter weinig te vinden over hoe je grip en zeggenschap op ICT kunt krijgen. Er is veel informatie over digivaardig worden, e-learnings en artikelen genoeg hierover. Ons argument dat het nodig is de taal te leren spreken, reikt echter verder dan digivaardig zijn. Om de impact op de zorgvrager en zorgprofessional zo positief mogelijk te krijgen, of in ieder geval zo min mogelijk negatief, moet je voldoende van de ICT snáppen. Van daaruit is meedenken in de (implementatie van) digitalisering een logische volgende stap.
Zorgprofessionals uit het primaire proces zijn als domeinexperts nog onvoldoende betrokken bij ICT-trajecten en technologische vernieuwingen. Dit is een groot gemis en reden dat vele ICT-toepassingen tot chagrijn leiden bij de gebruiker of gewoon niet worden gebruikt. Ruim de helft van de organisaties geeft aan dat de meeste ICT-innovaties nooit in gebruik worden genomen (McKinsey, 2020).7 Wat werkt, is niet alleen investeren in nieuwe mogelijkheden, maar ook in de medewerkers die ermee om moeten gaan, of liever nog in een vroeg stadium betrokken zijn en aangeven hoe de inzet van die technologie het meest optimaal kan zijn.
Regie nemen
Voor een goede adoptie van ICT in een organisatie is het nodig om ook als zorgprofessional de regie te kunnen nemen. Hiervoor is eerst begrip van de taal van de ICT-er nodig:
- Begeleid de zorgprofessional in het leren van de taal van de ICT-er. Neem dit op in het curriculum van opleidingen voor zorgprofessionals.
- Maak bij het leren zo veel mogelijk gebruik van de taal van de ICT’er zoals die bedoeld is. Gebruik de begrippen uit die taal en van die taal, versimpel niet. Hierdoor wordt deze taal meer en meer vanzelfsprekend en eigen. Eventuele weerstand (uit onbegrip) zal verminderen.
- Leer de zorgprofessional te ervaren wat een ICT-er nodig heeft door stapsgewijs te oefenen in systemen die de ICT-er veel gebruikt.
- Neem de zorgprofessional mee in het hele ontwikkeltraject van ontwerp naar implementatie (door de IT-er de System Development Life Cycle genoemd) en laat bij elke stap middels een zelfgekozen praktijkvoorbeeld de zorgprofessional ervaren en begrijpen hoe een ICT-er denkt en waarom deze denkwijze nodig is in de ICT-wereld.
- Neem de domeinexpert nadat hij de taal zich eigen heeft gemaakt, op in projectteams of implementatie-teams vanaf de start van de gedachte aan digitale vernieuwing.
Als zorgprofessional beweeg je naar de ICT-er toe om je op het snijvlak van zorg en ICT te kunnen uitspreken. Met het spreken van de taal kan er een belangrijke en noodzakelijke stap gezet worden om de digitaliseringsprocessen beter aan te laten sluiten/ beter geschikt te maken voor hen die er dagelijks mee moeten werken. De afstand tussen ICT- innovaties en gebruik in de praktijk wordt hiermee kleiner.8
Domeinexperts overbruggen de kloof, helpen bij het opbouwen van gemeenschappelijk begrip, bieden advies, kunnen helpen bij beslissingen, bij het optimaliseren van processen, bij een betere implementatie van vernieuwing. Kortom, een digitaal vaardige domeinexpert is van onschatbare waarde voor het succesvol ontwerpen en implementeren van technische projecten en het bevorderen van effectieve communicatie binnen organisaties. En deze domeinexpert stimuleert het (mede) tot stand brengen van een zo’n positief mogelijke impact van deze innovaties op de processen ten behoeve van de zorgvrager, cliënt of patiënt én de (semi-) directe zorgverlening zelf.
CV
Vera Molenaar is Hogeschooldocent verpleegkunde en gezondheidswetenschapper. Eerder werkte ze als revalidatie- en kinderverpleegkundige alsmede als senior-adviseur in een topklinisch ziekenhuis en bij een ouderenzorginstelling. Ze is lid van de redactieraad van ICT&health.
Victor van Reijswoud is gezondheidswetenschapper en verpleegkundige en is in 1996 gepromoveerd aan de TU Delft in het vakgebied informatiesystemen. Sindsdien is hij als hoogleraar en adviseur management en informatiesystemen betrokken bij verschillende universiteiten in Europa, Afrika, Azië en Zuid-Amerika.
Referenties
- Dit artikel baseert zich op het eind 2024 te verschijnen boek: Digibeter. Data, processen en systemen in de zorg. Van gebruiker naar ontwerper (Reijswoud, van V. en Molenaar, V. Van Haren Publishing).
- Link
- Opgaven voor volksgezondheid en zorg op weg naar 2050. Vooruitblik Volksgezondheid Toekomstverkenning 2024. (n.d.). RIVM. Retrieved october 21, 2024.
- Na kennisvergaring volgt participatie in beleid en een actieve rol in keuzes die rondom digitalisering in een organisatie gemaakt worden.
- Digibeter. Data, processen en systemen in de zorg. Van gebruiker naar ontwerper.
- Vooral artsen weten de weg wel te vinden in het meedenken over ICT. Over deze groep gaat het hier niet.
- Rutten, P., Pruim, J., van Zijl, N., & Merckelbach, S. (1 C.E., January 1). Paul Rutten. McKinsey & Company.
- Het is uiteraard ook van belang om je als ICT-er richting de zorg te bewegen. Die insteek hanteren we bewust niet. De ICT-er zit namelijk wel aan tafel, de zorgprofessional niet.