Al maanden ben ik bezig met een pleidooi voor het vergroten van digitale vaardigheden van medewerkers. Ik geloof dat dat een van de meest onderschatte problemen is bij de invoering van technologie in de zorg en de adoptie van e-health. Maar er is nog een grote belemmerende factor waar elke innovator mee te maken krijgt. De factor tijd.
De zorg is een vak dat je kiest. Een vak dat je met passie doet omdat je iets voor mensen wilt betekenen. Elke medewerker wil goede zorg leveren. Maar dat is momenteel niet makkelijk. De werkdruk is hoog. Het aantal vacatures loopt snel op, waardoor medewerkers extra diensten moeten draaien. Dat vergroot de werkdruk en verstoort de balans tussen werk en privé.
Onderzoek onder 170.000 medewerkers van V&VN wijst uit dat 64 procent van de medewerkers vindt dat de kwaliteit van zorg onder druk staat. Nog eens 48 procent geeft aan dat de veiligheid van patiënten, cliënten en bewoners verslechtert. 76 procent van de ondervraagden geeft aan dat het personeelstekort invloed heeft op hun gezondheid en privéleven. Een citaat van een respondent uit het onderzoek schetst dit heel duidelijk:
“Ik kan nauwelijks mijn vaste vrije dag of avond krijgen waardoor ik niet aan mijn hobby’s toekom en mijn gezin geen continuïteit kan bieden.“ *
Er worden steeds meer zzp-ers en tijdelijke krachten ingezet die niet ingewerkt zijn op locaties, waardoor er extra druk komt te liggen bij de vaste krachten. De agressie neemt toe in de zorg en het overgrote deel van de zorgmedewerkers geeft aan regelmatig een gevoel van onveiligheid te ervaren. De administratiedruk wordt bovendien als hevig ervaren.
Vol is vol
Dit zijn de mensen van de werkvloer met wie wij als innovator gaan vernieuwen.
Ze hebben nauwelijks ruimte in hun hoofd om even stil te staan en te bedenken hoe iets beter kan. En wij vragen ze om een nieuw portaal te gebruiken, over te gaan naar Office 365, Virtual Reality te testen met cliënten en daar 20 evaluatievragen vooraf en na afloop voor in te vullen.
Wij vragen ze om met ideeën te komen en benaderen hen om bestaande producten te toetsen op gebruik voor hun cliënten. We implementeren nieuwe methodieken, verbeteren processen, vernieuwen de systemen, bedenken nieuwe zorgvormen, breiden de ECD’s/EPD’s uit maar er is nauwelijks tijd voor adoptie. Ze zitten vol. Voller. Volst.
Waar geen ruimte is, is geen landingsbaan voor innovatie.
Tijd is een mindset
Maar er is ook een andere kant aan het verhaal. Tijd is soms ook een beleving. Voor het boek dat ik aan het schrijven ben, interview ik medewerkers in de brede care-sector. Sommige medewerkers geven aan dat hun collega’s de woorden ‘geen tijd’ bijna als modewoord gebruiken (net zoals onze collega’s op kantoor ook snel het woord ‘druk’ gebruiken op de vraag hoe het met hen gaat.
Om iets niet te hoeven doen wat ze moeilijk vinden, of soms misschien om een moment van aandacht te vragen bij een gevoel van onderwaardering. Het tekort aan tijd kan een soort mindset worden die in alle situaties wordt ervaren en benoemd. Door te weinig tijd kun je technologie misschien nog even uitstellen en sommigen denken dan hun baan langer te bewaken tegen ‘overname’ door robots.
WE KUNNEN PAS ECHT INNOVEREN ALS WE MEDEWERKERS ONTLASTEN
Maar de cijfers laten zien dat begeleiders en verzorgers overal met minder mensen op hetzelfde of een groter aantal cliënten staan. En er wordt wel dezelfde kwaliteit verwacht. Het verantwoordelijkheidsgevoel is enorm en ze voelen zich vaak schuldig als ze achter de computer zitten. Een zorgtaak tijdelijk loslaten (om met innovatie aan de slag te gaan) is lastig.
Hoe tijd ook beleefd wordt door medewerkers, er is zeker geen overschot aan minuten. En gezien de voorspellingen gaat dat voorlopig ook niet gebeuren. Het is een serieus knelpunt voor de innovator.