Blended care-concept GGZ vergroot behandelcapaciteit

do 12 december 2019 - 15:35
chat-computer
GGZ
Nieuws

De Amsterdamse zorginstelling iPractice introduceert een zelf ontwikkeld ‘blended care’ behandelvorm. Daarbij is therapie via online chat een belangrijk element naast het face-to-face en telefonische contact. De resultaten zijn volgens iPractice zeer veelbelovend. Zo is de behandelcapaciteit met 40 procent vergroot en daalde de administratielast van de GZ-psychologen met 50 procent.

Overheid, verzekeraars en bedrijven zouden al interesse hebben voor de mogelijkheden van deze mix van traditionele en digitale psychologische zorg. Zo start er samen met een zorgverzekeraar er in maart 2020 een pilot om een chattherapie voor millennials te ontwikkelen. Reden voor de belangstelling is onder meer dat volgens iPractice 20 procent van de Nederlanders in meer of mindere mate psychische klachten heeft, terwijl er behandelcapaciteit is voor slechts 6 procent. De inzet van technologie kan een belangrijke bijdrage leveren aan het verkorten van de wachtlijsten.

Dat is overigens geen nieuw fenomeen. Zo breidde zorgverzekeraar CZ in april de mogelijkheden voor verzekerden uit om gebruik te maken van online hulp bij een ggz-behandeling. De zorgverzekeraar werkt hiervoor samen met Welshop, een initiatief van het Eindhovense GGzE. In maart stelde minister Bruins al in reactie op Kamervragen dat het aanbieden van een online behandeling aan ggz-cliënten een zinvolle aanvulling zijn op een reguliere behandeling. Het kan er voor zorgen dat mensen minder lang hoeven te wachten (de wachtlijsten in de ggz zijn erg lang door gebrek aan zorgprofessionals) of dat zij ondersteund worden op een moment dat het voor hen uitkomt.

Terughoudendheid bij inzet technologie

Volgens Gijs Coppens, GZ-psycholoog en algemeen directeur van iPractice, zorgt terughoudendheid bij de inzet van nieuwe technologie voor een suboptimale behandelaanpak en inzet van behandelcapaciteit. "Sinds Freud hebben we weinig veranderd aan de manier waarop we psychische zorg leveren. Om de GGZ beter bereikbaar en betaalbaar te maken, is implementatie van slimme technologie nodig. Door op de achtergrond processen te automatiseren blijft er meer tijd over voor de cliënt. Chattechnologie maakt contact laagdrempelig en een therapie persoonlijker."

Cliënten kunnen nu bij iPractice direct worden geholpen, de eerste algemene intake en diagnostiek gebeuren online. Aansluitend is er een face-to-face afspraak om op thema’s te verdiepen. De tweewekelijkse afspraken met de GZ-psycholoog op de praktijk (of op afstand via video), worden aangevuld met dagelijks online chatcontact op een moment dat het de cliënt het beste uitkomt.

Schaarse tijd GZ-psychologen vrijgespeeld

Startende psychologen verzorgen het online deel van de behandeling, waardoor schaarse tijd van GZ-psychologen wordt vrijgespeeld. Bovendien blijkt dat cliënten makkelijker delen in de online spreekkamer, waardoor de psycholoog beter geïnformeerd is in het dagelijks leven van de patiënt.

Hierdoor is er een sneller effect van de therapie, het grootste deel van de klachten is binnen vier maanden opgelost, aldus Nine Gramberg, GZ-psycholoog bij iPractice: "We merken dat cliënten veel meer betrokken zijn bij hun behandeling door het dagelijkse chatcontact. Normaliter duurt een behandeltraject twaalf sessies, nu acht of negen. Het dossier wordt automatisch gevuld, het scheelt ons als behandelaar zeeën van tijd en we merken dat cliënten er heel goed op reageren."

Coppens stelt dat er ook geïnnoveerd wordt door bijvoorbeeld slimme integratie met taal-technologie, zoals berichten automatisch aanvullen, de beste therapeutische antwoorden voorspellen en voorstellen aan de psycholoog. "We ontwikkelen ook een ‘chat simulator’ om nieuwe psychologen op te leiden tot chat-psycholoog. De grote motivatie is een laagdrempelig psychotherapeutisch contact voor iedere Nederlander, zonder wachttijd, omdat emoties ook geen wachttijd hebben."

Opschalen iPractice-toepassingen

Volgens iPractice is de voor GGZ verantwoordelijke VWS-staatssecretaris Paul Blokhuis op de hoogte van de innovaties bij de Amsterdamse instelling. Verder zouden er gesprekken zijn met bedrijven om de iPractice-innovaties te implementeren. Op de korte termijn ligt de focus op scale-ups, maar er wordt ook gepraat met een aantal grote bedrijven, zoals banken. Verder is er contact met ziekenhuizen en universiteiten om een chatservice te ontwikkelen voor zorgverleners en studenten.