Reacties Prinsjesdag 2024: veel vrees, beperkt optimisme

do 19 september 2024 - 08:53
Overheid
Nieuws

Met gemengde gevoelens reageerden brancheorganisaties NVZ (ziekenhuizen, NFU (academische ziekenhuizen) en Actiz (ouderenzorg) gisteren op de in de Miljoenennota gepresenteerde voornemens van het nieuwe kabinet. Het kabinet Schoof-1 heeft voor volgend jaar 109 miljard euro beschikbaar voor de zorg. De zorg moet voor elke burger toegankelijk en betaalbaar blijven en burgers moeten zo lang mogelijk in goede gezondheid kunnen leven. Op digitaal gebied mikt het kabinet vooral op het beperkt houden van personeelstekorten en verlagen van administratiedruk door met voorrang randvoorwaarden te regelen voor onder meer gegevensuitwisseling en de inzet van generatieve AI. Hiervoor is 162 miljoen euro beschikbaar in 2025. ICT&health verzamelt in dit vervolgartikel over de zorg-voornemens van het kabinet nog een aantal reacties van bracheorganisaties.

V&VN: minder geld voor digitalisering

In tegenstelling tot de eerder uitgesproken ambitie van het kabinet, komt er de komende jaren minder geld voor digitalisering en preventie in de zorg, ziet brancheorganisatie V&VN (verplegenden & verzorgenden) met grote bezorgdheid. "Het motto van dit kabinet is ‘Hoop, lef en trots’. Lef is investeren in verpleegkundigen en verzorgenden", stelt V&VN-voorzitter Bianca Buurman. "Dat is cruciaal om goede zorg te blijven bieden."

Waar in Den Haag eerder juist de nadruk werd gelegd op anders werken met meer technologie in de zorg, vanwege onder andere personeelstekort, wordt er de komende vijf jaar ruim een half miljard bezuinigd op digitalisering in de wijkverpleging, verpleeghuiszorg en gehandicaptenzorg. Buurman hierover: "De nieuwe digitale manier van werken vraagt veel van verpleegkundigen, verzorgenden en verpleegkundig specialisten. Ze moeten nieuwe vaardigheden aanleren. Dit vraagt om investeren in plaats van bezuinigen."

Buurman uit verder zorgen over bezuinigingen op gebieden zoals preventie - 300 miljoen euro de komende jaren in de publieke gezondheidszorg. "Als we minder investeren in preventie, zullen de gezondheidsverschillen en de druk op de zorg toenemen. En als het gaat om gezondheidsbevordering wordt er op meerdere punten bezuinigd, zoals op gezonde leefstijl. Van 26 miljoen in 2024 naar 14 miljoen in 2029."

Minder geld voor arbeidsmarktbeleid

Ook is er teleurstelling omdat de in het regeerakkoord vermelde aanpak van het personeelstekort in de zorg als speerpunt niet waargemaakt zou worden. Weliswaar is er vanaf 2025 structureel 60 miljoen beschikbaar voor het opleiden van zorgprofessionals in de wijkverpleging en eenmalig 38 miljoen euro in 2025 voor opleidingsplekken voor verpleegkundig specialisten. "Maar als we kijken naar het totale arbeidsmarktbeleid zien we dat er fors minder geld wordt vrijgemaakt", schetst Buurman. "Van 705 miljoen in 2024 naar 527 miljoen in 2029."

Positief tot slot vindt Buurman het voornemen van het kabinet om regeldruk en administratieve lasten voor zorgprofessionals aan te pakken. Ook lijkt zorg-minister Agema van plan te zijn om echt te investeren in het anders aanpakken van de ook door Actiz al genoemde complexiteit van regels in de ouderenzorg.

VGN: klap in het gezicht

De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) vindt dat het kabinet in de Troonrede en de Miljoenennota de plank misslaat. Net als eerder in het hoofdlijnenakkoord en regeerprogramma is er nauwelijks aandacht voor de ruim twee miljoen mensen met een beperking en de stappen die nodig zijn om hen betekenisvol te laten meedoen in de samenleving.

VGN-directeur Theo van Uum spreekt over een 'klap in het gezicht' van de gehandicaptenzorg. "Om mensen met een beperking echt mee te laten doen in de samenleving en te voldoen aan het VN-verdrag Handicap, zijn maatregelen op allerlei beleidsterreinen nodig', stelt Van Uum. 'Er is sprake van een inclusie-crisis. Een integrale visie hierop hoort onderdeel te zijn van een Regeerprogramma én de Troonrede."

Bezuiniging op digitalisering

Van Uum wijst op de recente zorgbarometer van EY over de slechte financiële situatie van veel aanbieders van gehandicaptenzorg: 25 procent leed verlies in 2023. Bezuinigingen die het vorige kabinet inzette, zijn eerder door de Tweede Kamer controversieel verklaard en nu voor 2025 definitief geschrapt. Maar vanaf 2026 staan deze bezuinigingen, een kleine 200 miljoen euro, gewoon weer in de begroting. "Dit kabinet voegt daar nog een bezuiniging aan toe voor digitalisering in de zorg. Ook wordt er fors gekort op financiële middelen voor het arbeidsmarktbeleid, terwijl de problemen op de arbeidsmarkt groter dan ooit zijn."

Als pluspunt noemt Van Uum het feit dat plannen voor een bezuiniging van 511 miljoen euro op jeugdhulp via een eigen bijdrage van tafel zijn. Ook gaat het kabinet door met de Hervormingsagenda Jeugd. Van Uum: "Hoewel we ons nog steeds grote zorgen maken over de haalbaarheid van de ingeschatte bezuiniging van 1,1 miljard euro bij deze agenda, bevat de Hervormingsagenda Jeugd concrete maatregelen die het jeugdstelsel beter moeten laten functioneren."

GGZ-Nederland: weinig aandacht voor sector

Patiënten, naasten, psychologen, psychiaters en ggz-instellingen vinden het heel zorgelijk dat het nieuwe kabinet weinig tot geen aandacht heeft voor de grote uitdagingen in de geestelijke gezondheidszorg, stelt GGZ Nederland in een eerste reactie op de kabinetsplannen. Dit bleek volgens organisaties zoals MIND, de Nederlandse ggz, NVvP en NIP uit het niet tot weinig benoemen van de ggz in de Troonrede of het regeerprogramma.

Investeren in de mentale gezondheid van de jeugd is cruciaal om te voorkomen dat hun problemen escaleren, waarmee hun welzijn onnodig verslechtert en ze op latere leeftijd zwaardere zorg nodig hebben, zo stellen bovengenoemde organisaties. Het is volgens hen onbegrijpelijk dat het kabinet geen concrete plannen aankondigt voor deze groep. Het Kabinet-Schoof stelt in het regeerprogramma dat mentale gezondheid terug zal komen in een nog nader te bepalen ‘preventiestrategie’, maar de middelen lijken deze boodschap niet te ondersteunen en plannen zijn nog onuitgewerkt, aldus GGZ Nederland.

Verder lijkt het kabinet geen urgentie te tonen om de bijna 100.000 mensen die wachten op ggz-zorg te helpen. 'Het waarborgen van voldoende behandelplekken en het behouden en opleiden van zorgpersoneel en het voorkomen van sluiting van hoog-specialistische zorg vinden wij nog niet terug in het regeerprogramma. Ook maakt het kabinet geen extra middelen vrij voor het oplossen van het personeelstekort, een urgent probleem dat de ggz het hardste treft van alle sectoren in Nederland. Hoewel er wordt gesproken over investeringen in technologie en AI om dit tekort aan te pakken, ontbreekt een daadwerkelijke financiële impuls.' Wel is er blijdschap dat de minister de administratieve lasten met de helft wil terugdringen naar 20 procent, zodat meer capaciteit vrijkomt om mensen te behandelen.

Inzetten van hybride, digitale zorg

De ggz-sector werkt zelf ook hard aan het verkorten van de wachttijden, onder andere door het inzetten van digitale en hybride vormen van zorgverlening. Eind dit jaar kunnen mensen met mentale problemen in bijna alle regio’s een verkennend gesprek krijgen, waarin samen met hen wordt gekeken of ggz-zorg nodig is of dat andere hulp beter past. GGZ-Nederland roept betrokkenen op om dit altijd vanuit het patiëntperspectief te doen en ervaringskennis te betrekken.

'Hiermee hopen we te voorkomen dat mensen onnodig de ggz in stromen. Soms is bijvoorbeeld schuldhulpverlening of andere vormen van ondersteuning vanuit het sociaal domein meer passend. Voor deze aanpak is het echter cruciaal dat het sociaal domein voldoende gefinancierd wordt en blijft, evenals de huisvesting specifiek voor mensen die uitstromen uit de ggz. Politieke steun is nodig om deze initiatieven te laten slagen. MIND, de Nederlandse ggz, NVvP en NIP roepen het kabinet op om te investeren in mentale gezondheid, zorgmedewerkers en een duurzaam zorgstelsel dat ruimte biedt voor innovatie en preventie.'

FMS: tekort zorgprofessionals topprioriteit

In het vrijdag gepresenteerde regeerprogramma werd al duidelijk dat dit kabinet de personeelskrapte in de zorg hoog op de agenda heeft staan, stelt voorzitter Piet-Hein Buiting van de Federatie Medisch Specialisten (FMS): "Het is goed om te zien dat het kabinet het tekort aan zorgprofessionals als een topprioriteit heeft benoemd. Dit is een cruciale stap naar een toekomst waarin we de zorg draaiende kunnen houden.”

Positief is Buiting over de voorgestelde aanpak van administratieve lasten. Een belangrijk punt in de Troonrede was de noodzaak om het zorgpersoneel te ontzorgen door administratietaken te halveren en innovaties zoals digitalisering en kunstmatige intelligentie in te zetten. Het is urgent de administratietijd te halveren, zodat er meer tijd overblijft voor de patiënten', aldus de koning in de Troonrede.

Vernieuwing digitale infrastructuur

Daarnaast is de vernieuwing van de digitale infrastructuur in de zorg een belangrijk punt in zowel de Troonrede als het regeerprogramma, zo benadrukt de FMS. De Federatievoorzitter ziet het belang van de inzet op innovaties, zoals kunstmatige intelligentie, maar benadrukt dat de basis op orde moet zijn, iets dat nu nog niet het geval is. Veel tijd gaat verloren met het overtypen van patiëntgegevens of het zoeken naar ontbrekende informatie. Een goede data-infrastructuur ontbreekt nog altijd.

"Het is positief dat in het regeerprogramma wordt erkend dat de databeschikbaarheid en gegevensuitwisseling in de zorg verbeterd moeten worden", stelt Buiting. "Maar dit zal alleen succesvol zijn als de minister nu echt de regie pakt. Een stevige, meerjarige aanpak is nodig om dit te realiseren, zodat zorgverleners hun tijd optimaal kunnen besteden aan de zorg voor patiënten."

KNOV: versnelde aanpak databeschikbaarheid

De KNOV (Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen) ziet in het regeerprogramma aanknopingspunten om met de regering een aantal belangrijke stappen te zetten. Zo wil het kabinet wet- en regelgeving die leidt tot onnodige administratietijd opheffen. Het vertrouwen in medewerkers wordt het uitgangspunt.

Daarnaast wil het kabinet de administratietijd in de zorg beperken door artificiële intelligentie (AI) in te zetten. Het kabinet zal de wet- en regelgeving die hiervoor nodig is prioritair oppakken en de voorlopers ondersteunen. 'In het regeerprogramma staat ook dat het kabinet de databeschikbaarheid en gegevensuitwisseling in zorg en welzijn versneld gaat verbeteren', schrijft de KNOV. De organisatie spreekt op donderdag 19 september met VWS over de aanlevering en datakwaliteit in de geboortezorg.

Het regeerprogramma beschrijft verder de eerstelijnszorg als een cruciale schakel in ons zorglandschap voor een doorverwijzing naar medisch specialistische zorg. Binnen de huisartsenzorg wil het kabinet inzetten op voldoende praktijkhoudende huisartsen, het verlagen van drempels voor startende praktijkhouders en meer tijd om goed te luisteren naar de behoefte van de patiënt, zo haalt de KNOV uit het regeerprogramma. 'Dit sluit goed aan op onze speerpunten én op onze rol als poortwachter. We zien deze plannen ook als een goede basis voor verloskundigen.'

Huisartsen: meer focus op samenwerking

LHV, NHG en InEen, de verenigingen van huisartsen(organisaties), vinden het positief dat VWS in de Rijksbegroting 2025 en het zorgbeleid inzet op versterking van de eerstelijnszorg, actie onderneemt om huisartsenzorg voor iedere Nederlander toegankelijk te houden en inzet op goede samenwerking tussen zorg- en welzijnsprofessionals in de wijk.

Omdat niet alle hulpvragen medisch zijn, wordt in een aanvulling op het huidige Integrale Zorgakkoord (IZA) een stevige basis gelegd voor de samenwerking tussen de huisartsenzorg en het sociaal domein, schrijft InEen in haar reactie op Prinsjesdag. 'In de financiële paragraaf zien we daar echter (nog) geen structurele financiële middelen voor gereserveerd. Het is belangrijk dat die wel beschikbaar zijn.'

Digitalisering geen oplossing personeelstekort

InEen, LHV en NHG zijn verder groot voorstander van digitalisering waar die bewezen effectief kan worden ingezet en maken zich hard voor het wegnemen van onnodige administratieve handelingen. Dit komt terug in het voornemen van het kabinet om versneld randvoorwaarden te regelen voor de inzet van digitale middelen, AI en de vermindering van de administratieve lasten van zorgmedewerkers en huisartsen. 'Maar dit zal het nijpende personeelstekort niet geheel oplossen. Voor het echt oplossen van tekorten is veel meer nodig, zoals aandacht voor opleiden, een goede balans tussen vast en flex, ruimte voor innovatieve werkvormen en toekomstperspectief.'

De inzet van bewezen effectieve digitale oplossingen, gegevensuitwisseling en een goede digitale ondersteuning van zorgprocessen is essentieel voor een toekomstbestendige inrichting van de zorg, benadrukken InEen, LHV en NHG. Zij vragen daarbij wel nadrukkelijk om aandacht voor de grote groep mensen met beperkte gezondheids- en digitale vaardigheden in onze samenleving. Ook voor hen moet passende zorg toegankelijk zijn en blijven.

Tot slot geven de organisaties aan dat zij een samenhangende aanpak voor preventie missen. Het kabinet stelt slechts dat voorkomen beter is dan genezen en noemt een aantal activiteiten genoemd om de gezondheid van Nederlanders te verbeteren. 'Ook lijkt het kabinet te accepteren dat door het beoogde beleid wachtlijsten toenemen, waardoor mensen met minder urgente klachten langer moeten wachten en in aanvang minder ernstige klachten kunnen uitgroeien tot serieuze medische problemen die ingrijpende en dure behandeling vereisen. Daarnaast maken wij ons zorgen over het terugdraaien van de investeringen voor het versterken van publieke gezondheid en infectieziektebestrijding conform het hoofdlijnenakkoord voor 2025.'

Jeugdzorg: veel financiële onzekerheid

Op het gebied van digitalisering wordt de jeugdzorg niet expliciet benoemd in Troonrede of Miljoenennota. Jeugdzorg Nederland legt dan ook de nadruk op de financiële elementen die voor de sector van belang zijn. Zo constateert de brancheorganisatie dat de financiële randvoorwaarden die nodig zijn om de inhoudelijke ambities van het kabinet te realiseren, ontbreken in de Miljoenennota.

Uit de Miljoenennota blijkt een de eerder aangekondigde extra bezuiniging van 511 miljoen euro definitief van tafel is. De geplande bezuiniging van 1,1 miljard, via de Hervormingsagenda Jeugd, blijft wel overeind. Ronnie van Diemen, bestuursvoorzitter van Jeugdzorg Nederland, stelt dat de inhoudelijke ambities van het kabinet met de Hervormingsagenda Jeugd en het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming goed zijn, "maar het is cruciaal dat we samen woorden om gaan zetten in daden. We willen de jeugdzorg structureel transformeren ten behoeve van de meest kwetsbare kinderen en gezinnen. Dat kan niet zonder de benodigde financiële middelen.”

Vrees voor Ravijnjaar

Op financieel gebied hangt Ravijnjaar 2026 - wanneer gemeenten substantieel minder geld uit het gemeentefonds krijgen - ook als een zwaard van Damocles boven de jeugdzorg. Veel gemeenten en jeugdzorgaanbieders verkeren sinds de decentralisatie van de jeugdzorg in 2015 al in financieel zwaar weer. Naar verwachting zal het sociaal domein de grootste klappen van het ravijnjaar moeten gaan opvangen, vreest Van Diemen: “Bezuinigen op het sociaal domein is vragen om problemen. Zeker als wij als branchevereniging een brede visie op de jeugd bepleiten waarin een stevig netwerk van sociale voorzieningen aan de basis staat.”

De financiële krapte bij gemeenten en aanbieders zet ook de arbeidsmarkt tevens onder druk. Het kabinet heeft geen middelen beschikbaar gesteld om de hoge werkdruk onder personeel in de jeugdzorg aan te pakken en hun arbeidsomstandigheden te verbeteren. Jeugdzorg Nederland vindt het echter van belang dat de sector een aantrekkelijke plek maken om (blijvend) in te werken. Zo krijgen kinderen en gezinnen tijdig de beste en meest passende hulp voor hun problemen.