Hartpatiënten die na een omleidingsoperatie gerichte digitale ondersteuning krijgen, voelen zich na de operatie sneller beter en hebben minder zorg nodig. Dat was de conclusie van het promotieonderzoek van Gijs van Steenbergen. Daarom krijgen deze hartpatiënten in het Hart- en Vaatcentrum van het Catharina Ziekenhuis vanaf het einde van dit jaar toegang tot digitale voorlichting en een extra videoconsult. Het ziekenhuis kreeg een subsidie van 93.000 euro van ZonMw om deze e-health in de praktijk in te voeren.
“Helaas blijft bij dit soort onderzoeken het resultaat vaak op de plank liggen”, zegt Van Steenbergen. “Binnen het Hart- en Vaatcentrum worden continu vernieuwingen doorgevoerd, maar er zijn beperkte middelen om projecten uit te voeren. Dankzij ZonMw, dat onderzoek in de gezondheidssector mogelijk maakt, hebben we die mogelijkheden nu.”
Van Steenbergen voerde zijn onderzoek enkele jaren geleden uit bij patiënten die in het Catharina Ziekenhuis een geplande openhartoperatie ondergingen. De helft van de patiënten kreeg de standaardzorg en de andere helft kreeg daarnaast toegang tot diverse online-educatievideo’s en videoconsulten. Vergeleken werd hoe de patiënten herstelden en wie in de 6 weken na de operatie welke zorg nodig had, zowel binnen als buiten het ziekenhuis.
Betere informatievoorziening
Momenteel krijgen patiënten pas 6 weken na hun operatie een controleafspraak. In de tussentijd hebben ze vaak al wel vragen, bijvoorbeeld over wat wel en niet is toegestaan qua lichamelijke belasting. Als ze zelf op zoek gaan naar antwoorden, kan die informatie onbetrouwbaar of onnauwkeurig zijn.
Dankzij het e-healthprogramma krijgen patiënten toegang tot tal van voorlichtingsvideo’s die zijn ontwikkeld in samenwerking met de Nederlandse Hartstichting, patiëntvertegenwoordigers en artsen. Ook krijgen ze een week na hun operatie een videoconsult waarin ze vragen kunnen stellen. Door deze goede voorlichting en korte lijntjes met de zorgverlener, verloopt het herstelproces vlotter en hoeft het ziekenhuis minder vaak ongepland zorg te verlenen.
Lagere zorgkosten
Dat zorgt ook voor lagere zorgkosten. Van Steenbergen: “Patiënten komen minder vaak op de spoedeisende hulp terecht of bellen minder vaak voor een ongepland telefonisch consult. Dat verlaagt de kosten. En dat is belangrijk om gezondheidszorg toegankelijk te houden. De komende jaren neemt de druk op de zorg verder toe. Meer digitale zorg kan ervoor zorgen dat de gezondheidszorg zelf gezond blijft.”
Van Steenbergen verwacht dan ook dat het aanbod van e-healthtoepassingen alleen maar zal toenemen. “Er wordt nu veel onderzoek gedaan naar dit soort vormen van zorgverlening. Wij willen hiermee laten zien dat invoeren in de praktijk écht mogelijk is. Ook al kost het enige tijd om met alle betrokkenen goede afspraken te maken.”
Toch signaleerde de E-healthmonitor eerder dit jaar dat de ontwikkelingen omtrent digitale zorg zijn gestagneerd. Zorgverleners zijn in 2023 bijvoorbeeld niet veel meer digitale zorg gaan gebruiken dan het jaar daarvoor, al worden digitale hulpmiddelen zoals de digitale medicijndispenser digitale sensoren wel breder omarmd. Om het gebruik van e-health te bevorderen, moet volgens de E-healthmonitor meer worden ingezet op betrokkenheid van zorgverleners en zorggebruikers, digitale vaardigheden en elektronische gegevensuitwisseling.